InleidingIn opdracht van Kragten heeft RAAP in juli 2020 een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een bureauonderzoek en een verkennend booronderzoek uitgevoerd ter plaatse van plangebied Askalonstraat te Limmel (gemeente Maastricht). Het onderzoek vond plaats in het kader van een bestemmingsplanwijziging. In het plangebied zal nieuwbouw gerealiseerd worden. Het onderzoek is uitgevoerd volgens het door de gemeente Maastricht opgestelde Plan van Aanpak.ResultatenHet plangebied ligt in de riviervlakte van de Maas, die circa 500 m ten westen van het plangebied stroomt. De ondergrond in het plangebied bestaat uit terrasafzettingen uit de jonge dryas (terras van Geistingen) bedekt met oeverafzettingen uit het vroeg-holoceen. Op basis hiervan kunnen in principe archeologische vindplaatsen vanaf het midden/laat-mesolithicum in het plangebied voorkomen, hetgeen bevestigd wordt door de vele archeologische vindplaatsen in de omgeving van het plangebied. Het gebied heeft een hoge archeologische verwachting voor kampementen van jager-verzamelaars (midden/laat-mesolithicum) en nederzettingen van landbouwers (neolithicum t/m volle middeleeuwen).Aangenomen wordt dat vanaf de late middeleeuwen weer meer overstromingen hebben plaatsgevonden op de riviervlakte. Het oostelijk deel van het plangebied maakte deel uit van de Heugemse Overlaat die als winterbed van de Maas fungeerde tot in het begin van de 20e eeuw. Hierdoor heeft het plangebied een lage archeologische verwachting voor archeologische vindplaatsen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd.Tijdens het verkennend booronderzoek werd de bodemopbouw en de archeologische verwachting uit het bureauonderzoek bevestigd. Onder een recent ophoogpakket en meestal ook een begraven Ahorizont bevonden zich op een diepte vanaf 0,65 tot 0,85 m –Mv vroeg-holocene oeverafzettingen, en in de diepere ondergrond grindrijke terrasafzettingen. Doordat de top van de oude oeverafzettingen is opgenomen in de begraven A-horizont en een (begraven) vegetatiehorizont of cultuurlaag hieronder ontbreekt, worden geen intacte vindplaatsen van jager-verzamelaars in het plangebied meer verwacht, maar wel nog vindplaatsen van landbouwers, die bestaan uit sporen die dieper zijn ingegraven. Rekening dient echter wel gehouden te worden dat het archeologische niveau plaatselijk verstoord kan zijn als gevolg van de huidige bebouwing.AdviesOp basis van de resultaten van het onderzoek blijkt dat in het plangebied mogelijk archeologische resten bedreigd worden door de voorgenomen bodemingrepen. Daarom wordt geadviseerd om de plannen zodanig aan te passen dat verstoring hiervan wordt voorkomen. Indien dit niet mogelijk is en dieper dan 0,5 m –Mv wordt verstoord, dan wordt een proefsleuvenonderzoek aanbevolen. Het doel hiervan is om vast te stellen of binnen het plangebied archeologische resten aanwezig zijn, en zo ja, de waarde hiervan te bepalen.Dit rapport geeft (selectie)adviezen. Het is aan de bevoegde overheid, de gemeente Maastricht, deze al dan niet over te nemen in de vorm van een (selectie)besluit.
Date: 2020-07-22