In december 2007 is door Synthegra bv een archeologischbureauonderzoek uitgevoerd op een terrein ten zuiden van Kesteren. Het plangebied, bestaande uit 3 deelgebieden, is circa 5,5 hectare groot. Het booronderzoek is uitgevoerd op 28 en 29 januari 2008. De aanleiding voor het onderzoek wordt gevormd door de voorgenomen herinrichting van het plangebied. In het plangebied zijn in totaal 43 boringen gezet tot een diepte van maximaal 2,0 m beneden maaiveld. In alle drie de deelgebied bestaat minimaal het bovenste deel van de bodem uit matig siltige klei (komafzettingen), waarin intacte poldervaaggronden aanwezig zijn, met uitzondering van boring 6 en 43. De poldervaaggronden worden gekenmerkt door een 10-30 cm dikke bovengrond (Ap-horizont), die geleidelijk overgaat in de C-horizont. In boring 6 en 43 is baksteenpuin aanwezig tot respectievelijk 50 en 90 cm beneden maaiveld en is het bodemprofiel tot en met deze diepten verstoord.