Er is een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd ter hoogte van 10 nieuwe mastlocaties van een 150 kV-verbinding (figuur 1). Op deze mastlocaties worden in het kader van het project Herstel doorhangknelpunt fase 2 nieuwe masten geplaatst, ter vervanging van de bestaande masten. Het betreft de mastlocaties 12, 13, 21, 30, 36, 41, 43, 51, 55 en 85. Ten behoeve van deze ontwikkeling moet een omgevingsprocedure worden doorlopen, in welk kader ook een archeologisch vooronderzoek is vereist, in verband met mogelijke negatieve effecten op het bodemarchief. Uit het bureauonderzoek kan worden afgeleid dat de mastlocaties een hoge archeologische verwachting hebben voor wat betreft archeologische sporen en resten uit de periode van het Neolithicum t/m de Romeinse tijd. Bij mastlocatie 85 is sprake van een hoge verwachting op een vindplaats uit het Laat-Paleolithicum B. In het geval van mastlocaties 12 en 13 liggen prehistorische nederzettingen in de directe nabijheid van de mastlocaties. Hoge concentraties vuursteenmateriaal komen ook voor in de directe nabijheid van mastlocaties 51, 55 en 85. In de directe nabijheid van mastlocatie 51 ligt een mogelijk romeins villaterrein. Ook in de directe omgeving van mastlocaties 41 en 43 zijn concentraties romeins aardewerk, dakpanfragmenten en enkele fragmenten van La Tène armbanden gevonden. Uit het booronderzoek blijkt dat mastlocaties 12, 13 en 21 op Maasterrassen liggen, die met löss zijn afgedekt. In alle gevallen is sprake van verbruining tot 60-110 cm –Mv. Ter hoogte van mastlocatie 30 is sprake van overstoven afzettingen van de Laag van Wijchen. De Laag van Wijchen dekt hier de grindrijke en grofzandige fluviatiele terrasafzettingen van de Maas af. Ter hoogte van mastlocatie 85 is sprake is van dekzand op Maasterrasafzettingen. Op de andere mastlocaties is sprake van jonge rivierklei, die hier als komafzettingen zijn gedetermineerd, op oude rivierklei van de Laag van Wijchen. In het geval van mastlocaties 12, 13 en 21 wordt het archeologisch relevante bodemniveau door de top van de löss gevormd. Op de andere mastlocaties bestaat het archeologisch relevante niveau uit de top van de Laag van Wijchen en de top van het dekzand (mastlocatie 85). Op alle mastlocaties, behalve mastlocatie 41, is de bodem relatief intact. Verbruining kan echter de herkenbaarheid van grondsporen hebben verslechterd Op drie mastlocaties zijn archeologische indicatoren aangetroffen, te weten: Mastlocatie 13: hier is aan het maaiveld een fragment proto-steengoed uit de late Middeleeuwen en een niet nader determineerbaar fragment witkleurig aardewerk gevonden, dat mogelijk uit de Romeinse tijd of Middeleeuwen dateert. Mastlocatie 36: hier is aan het maaiveld een aardewerkfragment gevonden, dat uit de periode van het Neolithicum t/m IJzertijd dateert. Direct noordelijk van de mastlocatie is sprake van een concentratie vondstmateriaal uit de Late Middeleeuwen – Nieuwe Tijd met onder andere een fragment Siegburg-steengoed. In de komafzettingen die hier zijn aangetroffen, zijn in een vegetatieniveau, op een diepte van circa 45-60 cm en 80-100 cm –Mv brokjes houtskool in de boor waargenomen. Deze houden mogelijk verband met een vindplaats. Mastlocatie 55: hier is op de overgang van afzettingen van de Laag van Wijchen naar de er boven gelegen komafzettingen, op 55-80 cm –Mv een fragment handgevormd aardewerk uit, waarschijnlijk, het Vroeg-Neolithicum aangetroffen.