Synthegra heeft in opdracht van VanWestreenen BV een archeologisch bureauonderzoek in combinatie met een karterend booronderzoek en een oppervlaktekartering uitgevoerd op een terrein aan de Linderveldweg 8 in Linde. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen nieuwbouw van een varkensstal. Het veldwerk is uitgevoerd op 23 april 2014.Archeologische interpretatie veldonderzoekDe top van de natuurlijke veldpodzolgrond (A-, E- en een gedeelte van de B-horizont) is in het hele plangebied verstoord bij de ontginning van het plangebied in het begin van de twintigste eeuw. Vuursteenvindplaatsen bestaan voornamelijk uit strooiing van fragmenten vuursteen en ondiepe grondsporen, zoals haardkuilen, en bevinden zich in de bovengrond van de oorspronkelijke podzolgrond. Aangezien de bodem is verstoord, is het vondstniveau van eventueel aanwezige vuursteenvindplaatsen verloren gegaan. Alleen haardkuilen zouden, gezien de relatief geringe diepte van de verspitting van oorspronkelijke bodem, nog (deels) intact aanwezig kunnen zijn. Deze zijn bij de oppervlaktekartering van het afgegraven bouwvlak niet aangetroffen. De hoge verwachting voor vuursteenvindplaatsen kan daarom naar laag worden bijgesteld.Nederzettingsresten uit het neolithicum tot en met de nieuwe tijd bestaan niet alleen uit fragmenten aardewerk, maar ook uit diepere sporen zoals paalgaten en afvalkuilen. Deze sporen kunnen tot in de C- horizont reiken. Tijdens de veldkartering en het booronderzoek zijn echter geen archeologische resten of indicatoren aangetroffen, die wijzen op de aanwezigheid een vindplaats uit deze periode. Daarnaast zijn er, behalve de drie recente sporen, geen grondsporen aangetroffen. Daarom kan de hoge verwachting om archeologische waarden uit de perioden neolithicum tot en met de nieuwe tijd aan te treffen voor het plangebied naar laag worden bijgesteld.AanbevelingOp grond van de resultaten van het onderzoek wordt voor het plangebied geen vervolgonderzoek geadviseerd.