ADC ArcheoProjecten heeft in september 2015 een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek uitgevoerd op de locatie de Groene Schakel aan de Rusthovenlaan in ’s-Gravenzande (gemeente Westland). In het plangebied zal natuur ontwikkeld worden. Dit onderzoek volgt op een in 2014 opgesteld bureauonderzoek.Op basis van het bureauonderzoek werd de aanwezigheid van de Gantel Laag met daarop plaatselijk oeverafzettingen en een eventuele archeologische laag met resten uit perioden vanaf de Ijzertijd verwacht. Daaronder kunnen mogelijk veen (Hollandveen Laagpakket) en duin- en strandzanden (resp. Laag van Ypenburg en Laagpakket van Zandvoort) aanwezig zijn. Op het veenpakket wordt rekening gehouden met archeologische waarden uit de periode van de Bronstijd tot en met de Ijzertijd. Op de duin- en strandzanden kunnen archeologische waarden uit het Neolithicum aanwezig zijn.Teneinde deze verwachting te toetsen en aan te vullen is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Uit het booronderzoek bleek dat zich kreekafzettingen van het Gantelsysteem in de ondergrond (Gantel Laag) bevinden. Zeer plaatselijk (boring 26) is een restgeulafzetting van dit systeem aanwezig. In de diepere ondergrond bevindt zich duinzand (Laag van Ypenburg) bedekt door een dunne laag veen (Hollandveen Laagpakket). In de top van het pakket duinzand, dat alleen in boring 28 is aangetroffen, is op 335-355 cm –mv een ontkalkt bodemniveau aanwezig. Aangezien dit niveau wordt bedekt door veen, wordt aangenomen dat deze bodem niet aan erosie onderhevig is geweest. In de andere boringen die evenals boring 28 tot 400 cm –mv zijn doorgezet, is dit duinzand niet aangetroffen. Mogelijk bevindt dit pakket zich dieper in de ondergrond of is het door erosie van het krekensysteem verdwenen. Zowel de bodem in het duinzand (Laag van Ypenburg) als het Hollandveen Laagpakket worden beschouwd als potentieel archeologisch niveau.Mits de maximale ontgravingsdiepten van resp. 270 en 320 cm –NAP in acht worden genomen, adviseert ADC ArcheoProjecten om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling, omdat in dat geval er geen sprake is van bedreiging van (mogelijk aanwezige) archeologische waarden. Wanneer deze dieptes worden overschreden, is een karterend Inventariserend Veldonderzoek noodzakelijk. Idealiter vindt een dergelijk onderzoek plaats door middel van een proefsleuvenonderzoek. Hoewel de verwachte vindplaatsen vermoedelijk gekenmerkt worden door een relatief lage vondstdichtheid, zal gezien de relatief grote diepte van de beide potentiële archeologische niveaus en de daardoor ontstane grondwaterdruk, een intensief karterend booronderzoek om praktische redenen de voorkeur genieten.Het is overigens niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij de bevoegde overheid, zoals aangegeven in artikel 53 van de Monumentenwet.Wij wijzen u erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit selectiebesluit afwijkt van het door ons opgestelde advies.
Een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek
De Groene Schakel te ’s-Gravenzande