In opdracht van Woonproject Veghel BV heeft onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (verkennende fase) uitgevoerd in plangebied Oranjewijk te Veghel.Uit het bureauonderzoek bleek dat het plangebied op een dekzandrug ligt. Later zijn deze gronden in gebruik genomen voor de akkerbouw en, door het bemesten met heide- en/of grasplaggen met mest, langzaam opgehoogd. Gronden met een minimaal 50 cm dikke, antropogeen opgehoogde A-horizont worden enkeerdgronden genoemd. Op grond van de positie van het plangebied op een dekzandrug en de ligging nabij stromend water, heeft het plangebied een hoge archeologische verwachting voor acheologische resten vanaf de steentijd (laat paleolithicum).Tijdens het veldonderzoek is bij zeven boringen onder het al dan niet verstoorde esdek een (deels) intact podzolprofiel aangetroffen. Deze oude bodem vertegenwoordigt een premiddeleeuws leefoppervlak en is archeologisch gezien relevant. Verders zijn tijdens het veldonderzoek bij verschillende boringen spikkels houtskool aangetroffen. Verdere archeologische vondsten of sporen (tot in de C-horizont) zijn tijdens het verkennende onderzoek nog niet aangetroffen, maar kunnen niet worden uitgesloten. Daarom wordt de hoge verwachting voor het aantreffen van archeologische resten uit de periode mesolithicum tot en met de volle middeleeuwen gehandhaafd voor de delen van het plangebied waar het esdek (deels) intact is en waar (deels) intacte podzolprofielen zijn aangetroffen. Voor het overige deel van het plangebied is de archeologische verwachting verlaagd naar een middelhoge verwachting.