Bij de archeologische opgraving, variant begeleiden zijn oude meanders van de pleistocene voorganger van de Pekel Aa aangetroffen. De vulling van de oude geul bestaat uit gelaagd matig siltig zand en veen; de geul heeft zich ingesleten in de dekzand C-horizont. In de geulvulling is een aangepunt stuk rondhout en een tonderzwam aangetroffen die kunnen wijzen op de aanwezigheid van de bever in het voormalige stroomgebied van de oude geul en dat er nabij de geul dode bomen hebben gestaan, vermoedelijk berken. De geulvullingen zijn afgedekt door de bouwvoor. In deze bouwvoor zijn verschillende vondsten gedaan die dateren uit de periode 1500-1900. De aangetroffen objecten zijn vermoedelijk via huisafval verspreid geraakt over de ter plaatse gelegen weilanden. Een zich onder het vondstmateriaal bevindende pistoletkogel is mogelijk te associëren met de noordelijk van het onderzoeksgebied gelegen redoute.De aanleiding tot het onderzoek is de versterking van de kaden van de Pekel Aa door het waterschap Hunze en Aa’s. Naar aanleiding van de vooronderzoeken werden in het onderzoeksgebied oude meanders van de pleistocene voor-ganger van de Pekel Aa verwacht, waarin zich watergerelateerde vondsten kunnen bevinden. Daarnaast moest rekening gehouden worden met rituele deposities, objecten die bewust zijn achtergelaten in het veen. In het dekzand moet ook rekening worden gehouden met archeologische resten die dateren uit de tijd voordat het dekzand met veen overgroeide, vanaf het neolithicum. Eventuele resten in het dekzand dateren naar verwachting uit de steentijd en de bronstijd. Aangrenzend aan het onderzoeksgebied liggen een redoute en een retranchement of borstwering die onderdeel uitmaakten van de vesting Winschoten.De archeologische verwachting die op basis van de vooronderzoeken is opgesteld, komt slechts deels overeen met de resultaten van het onderzoek.