Tijdens werkzaamheden aan het stadhuis van Leuven (B) is door Remmen bv een aantal monsters genomen voor dendrochronologisch onderzoek. De monsters zijn afkomstig van spreidsel en daardoor van aanzienlijk betere kwaliteit dan het gebruikelijke inheemse bouwhout.
Voor het onderzoek zijn drie monsters aangeleverd. Eén hiervan bevatte te weinig jaarringen voor onderzoek, maar de andere twee bleken wel geschikt. Daarnaast lijkt op één van deze monsters de spinthoutgrens aanwezig.
Op basis van de sterke gelijkenis tussen deze monsters mag aangenomen worden dat deze uit dezelfde boom afkomstig zijn. Hiervoor is de middelcurve 23.014.B01 gemaakt. Deze kan gedateerd worden in 1422. Het geschatte kapinterval komt daarmee rond 1438 te liggen.