Om verdere verzakking van de ‘duiventorens’ van de voormalige ridderhofstad Huis te Voorn tegen te gaan, is inmiddels een extra fundering in de vorm van een betonnen plaat met stalen palen aangebracht. Voor het aanbrengen van een dergelijke fundering moest grond binnenin de torens tot net boven de waterspiegel in de gracht worden verwijderd. Deze ontgravingen zijn op 27 en 28 augustus archeologisch begeleid en tevens is beperkt bouwhistorisch onderzoek gedaan.Aan de binnenzijde van de noordwestelijke toren bevinden zich twee ‘putjes’ waarvan één duidelijk zeer recent is (laat 20e-eeuws). Van de andere is de datering onduidelijk. Wel is geconstateerd dat het putje later in de torenmuur is ingewerkt. In de zuidoostelijke toren is ook een putje aanwezig.Ook deze dateert van na de bouw van de toren. De functie van de putjes is onduidelijk.Aan twee zijden van beide torens sloot een tuinmuur aan. Aan de zuidwest zijde is de muur in ieder geval tot aan maaiveld gesloopt. Mogelijk is de fundering op een dieper niveau nog aanwezig. De tuinmuren aan de noordwest en zuidoost zijde zijn nog aanwezig. Aan de hand van de sporen in de torenmuur is vastgesteld dat sprake is van meerdere herstelfasen.