Bij de begeleiding is duidelijk geworden dat het ontgraven deel van het plangebied, ten behoeve van de realisatie van de gebouwen, met name aan de noordzijde verstoord. Het leesbare vlak is aangelegd in de natuurlijke bodem. Hierin zijn smalle parallelle banen zichtbaar met een noordwestzuidoostelijke oriëntatie. Op basis van kaartmateriaal en profielopbouw is duidelijk dat het niet om resten van rabatten gaat, ten behoeve voor de productie van hout.Het ontgraven deel van het plangebied maakt tot 1902/1908 uit van een uitgestrekt heidegebied. Tussen 1902 en 1908 is hier een naaldbos aangelegd. Aan de zuidzijde hiervan is een zandweg ontstaan.Tussen 1908 en 1931 is dit naaldbos gerooid en veranderd het plangebied in akkerland. Waarschijnlijk is de sterk lemige en ijzerrijke ondergrond aanleiding voor het diepploegen van het terrein, waarbij ook het zuiddeel van het plangebied geploegd word. Door deze handeling wordt de waterdoorlatendheid van de bodem vergroot.De zandweg wordt in deze periode gehandhaafd en verdwijnt tenslotte grotendeels tussen 1986 en 1990.Onder het ontgraven deel van de zandweg zijn twee forse verstoringen aangetroffen die waarschijnlijk na het in onbruik raken van de weg ontstaan zijn.