Uit het bureauonderzoek blijkt dat het gebied een hoge archeologische verwachting heeft. In de directe omgeving is bij eerder booronderzoek een verstoorde of opgebrachte bodem aangetroffen. Dit was ook het geval binnen het huidige onderzoeksgebied. Uit het booronderzoek blijkt dat in de boringen 1 en 2 een cultuurlaag aanwezig is op een diepte van respectievelijk 45 en 90 cm-mv. In de boringen 3 t/m 5 is de bodem tot meer dan 1,5 m diepte vergraven en is geen cultuurlaag aanwezig. In boring 6 is keileem en dekzand aanwezig op 45 cm diepte maar hier is geen cultuurlaag aangetroffen.
De geplande ingreep voor de wadi wordt iets meer dan 1 m diep, waarbij het diepste deel buiten de waterleiding komt te liggen. Dit wil zeggen dat het diepste deel in het westen van de wadi komt te liggen. De voorgenomen ingreep komt vrijwel geheel binnen vergraven grond te liggen. De cultuurlaag in de boringen 1 en 2 ligt buiten de diepste ontgraving en hier wordt de cultuurlaag niet bedreigd door de voorgenomen ingreep.