In twee van de drie proefsleuven zijn archeologische sporen aangetroffen in de top van de oeverwal van de Herveld stroomgordel. Het archeologisch niveau wordt afgedekt door jongere oeverafzettingen en bevindt zich op een niveau van circa één meter beneden maaiveld. Dit komt overeen met de resultaten van het vooronderzoek. Tevens is tijdens het vooronderzoek geconstateerd dat ten noorden van het plangebied een verlaten meandergeul ligt.2 In de proefsleuven is vondstmateriaal uit de Late-IJzertijd aangetroffen. De aangetroffen sporen bestaan uit twee greppels (spoor 1 en spoor 4/6) en één paalspoor (spoor 5). Op basis van het voorkomen van één paalspoor kan niet van structuren worden gesproken. Naar verwachting is binnen het plangebied sprake van off-site activiteiten. Dit is in overeenstemming met de landschappelijke ligging. Naar verwachting bevindt de nederzetting zich ten zuiden van het plangebied, hoger op de oeverwal. De noordoostelijk-zuidwestelijk georiënteerde greppel spoor 1 betreft naar verwachting een afwateringsgreppel die van de nederzetting naar de meer noordelijk gelegen geul loopt. De greppel spoor 4/6 betreft mogelijk een veekraal.