Woningstichting Nijestee gaat aan het Boterdiep 30–36 te Groningen nieuwbouw plegen. Voorafgaand aan de nieuwbouw zijn de gebouwen op het terrein gesloopt. Door het bouwrijp maken van het onderzoeksterrein zal het aanwezige bodemarchief ernstig worden verstoord. In opdracht van de gemeentelijk archeoloog van de gemeente Groningen, drs. G.L.G.A. Kortekaas, werd op het onderzoeksterrein een archeologische opgraving uitgevoerd. Het veldwerk werd uitgevoerd van 29 augustus tot en met 15 september 2005.Op grond van de onderzoeksresultaten kunnen de vraagstellingen, zoals deze in het Programma van Eisen zijn geformuleerd, als volgt worden beantwoord.1 Wat is de verklaring voor de afwijkende verkaveling op het onderzoeksterrein?Bij het onderzoek is voor de afwijkende verkaveling op het onderzoeksterreingeen verklaring gevonden.2 Wat is de ligging en de ouderdom van de Cleisloot?De Cleisloot is aangetroffen in werkputten 2 en 3, in de vlakken 2 en 3. De sloot heeft een noordwest-zuidoost orientatie en is vermoedelijk gemiddeld 6 m breed. Aan de oostkant van de sloot is in werkput 3 een houten beschoeiing aangetroffen, gemaakt van verticaal in de bodem geslagen paaltjes waartegen men planken heeft bevestigd.Op basis van de dendrodatering van een deel van de beschoeiing kan de Cleisloot gedateerd worden in de periode na 1470 n. Chr. De kapdatum van een van de houten palen is door het Nederlandse Centrum voor Dendrochronologie/ Stichting Ring namelijk vastgesteld op 1470 ± 6 jaar.Het overgrote deel van het aardewerk dat is geborgen uit de verschillende vullingen van de Cleisloot dateert uit het laatste kwart van de 16e en uit de 17e eeuw. Dit onderschrijft de veronderstelling dat de Cleisloot in de 17e eeuw is gedempt.3 Wat is de aard van het landgebruik in de Middeleeuwen en de periode daarvoor?De enige aanwijzing van middeleeuws landgebruik is de voorganger van de huidige Jacobijnerweg die in werkputten 1 en 2 is aangetroffen. De bermsloten die van deze weg zijn aangetroffen, liggen duidelijk onder de Cleisloot en zijn dus ouder. De Jacobijnerweg is noordoost-zuidwest georienteerd en staat daarmee haaks op de Kleisloot. Uit een van de bermsloten, spoor 41 in werkput 1, komt aardewerk dat eenzelfde datering heeft als het aardewerk uit de Cleisloot zelf (vnr. 1), hetgeen een oudere datering voor de Jacobijnerweg tegenspreekt. In het vlak van werkput 1 is echter ook ouder aardewerk aangetroffen (vnr. 2), uit de 14e – 15e eeuw. Waarschijnlijk is het aardewerk dat in de bermsloot in gevonden, later hier terecht gekomen en zegt het niets over de datering van de bermsloot zelf.4 Zijn er bebouwingsresten uit de Middeleeuwen en eventueel uit perioden daarvoor?Tijdens het onderzoek zijn geen bebouwingsresten uit de Middeleeuwen of uit de perioden daarvoor aangetroffen.
Date: 2005