In het kader van de geplande werkzaamheden voor een nieuw horecagebouw op het voorburchtterrein van kasteel Valkenburg is door BAAC een proefsleufonderzoek uitgevoerd. Doel van het onderzoek was het vaststellen van de bodemopbouw ter hoogte van de te ontwikkelen zone. Hierbij is allereerst gekeken naar het voorkomen, de omvang en diepte van eventuele (sub) recente verstoringen. Verder is bepaald in hoeverre er sprake is van relevante archeologische resten en wat de inhoudelijke kwaliteit (aard, omvang en datering) en fysieke kwaliteit (gaafheid en conservering) daarvan is. Als eindresultaat is de behoudswaardigheid van de mogelijk aanwezige archeologische resten bepaald en zijn aanbevelingen gedaan voor een mogelijk vervolgtraject (vrijgave, geheel of gedeeltelijk opgraven of begeleiding). Bij het onderzoek zijn de restanten gevonden van mergelwinning. Het gaat om in de mergelrots uitgehakte ondergrondse ruimtes, of om resten van groeves die in dagbouw werden uitgehakt. Door instorting of op een andere wijze zijn deze ruimtes opgevuld met mergelpuin. In het mergelpuin zijn in de tweede helft van de 11e eeuw of 12e eeuw twee kuilen gegraven. Een daarvan zou een hutkom geweest kunnen zijn. Mogelijk vonden hier in deze periode ambachtelijke activiteiten plaats. In de 13e en 14e eeuw is het terrein opgehoogd met meerdere lagen grijsbruine tot donkerbruine löss. De vindplaats scoort zowel op belevingswaarde, fysieke kwaliteit als op inhoudelijke kwaliteit bovengemiddeld hoog. Daarom kan geconcludeerd worden dat de vindplaats als behoudenswaardig aangemerkt moet worden. Het is aan te bevelen de archeologische resten zoveel mogelijk in situ (dus ter plaatse) te behouden, bijvoorbeeld door inpassing in de plannen of door planaanpassing (archeologievriendelijk bouwen). Als dit echter niet past binnen de voorgenomen bouwplannen, dan behoort alleen behoud ex situ (door opgraving en documentatie) tot de mogelijkheden.