In opdracht van Eelerwoude heeft RAAP op 24, 25 en 26 mei en 28 juni 2016 een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd in verband met de voorgenomen ontwikkeling van een ruim 13 ha. grote natuurbegraafplaats in de gemeente Steenwijkerland.
De resultaten van het verkennende booronderzoek gaven destijds aanleiding om voor een beperkt deel van het plangebied (een zone van 50 m rondom een in het plangebied aanwezige poel) uit te gaan van een hoge archeologische verwachting, meer specifiek voor vindplaatsen van jagers verzamelaars uit de Steentijd (Paleolithicum t/m Neolithicum).
Tijdens het karterende onderzoek is deze archeologische verwachting uitgekomen. Verspreid over het gebied rond de poel zijn door middel van karterende boringen (97 boringen, 13 x 15 m grid, nat gezeefd over een zeef van 3 mm) rond de poel maar liefst 56 fragmenten vuursteen verzameld. Het gaat om tenminste 54 vuurstenen artefacten, waaronder (fragmenten) van werktuigen (geretoucheerd klingfragment en een schabber) en om vuursteenbewerkingsafval (afslagen, potlids). De vuursteenfragmenten kunnen op basis van typochronologische- en technologische kenmerken niet nader gedateerd worden dan de periode Paleolithicum t/m Bronstijd. Aangezien er geen aardewerk is aangetroffen tijdens het zeven is de periode Paleolithicum t/m het Vroeg Neolithicum qua datering het meest waarschi jnlijk.
Gezien de resultaten is verder geconcludeerd dat de vondstspreiding niet beperkt is tot het onderzoeksgebied (50 m rondom de waterplas) maar dat deze zich ook daarbuiten uitstrekt. Hoewel sprake lijkt van enige vorm van clustering van vondstmateriaal in het gebied ten noordwesten van de poel komt het vuursteen verspreid over een ruime zone buiten het onderzoekgebied voor, zodat de vraag is in hoeverre het verwachtingsmodel klopt (dat het dicht bij de waterplas zal zitten) of dat in de rest van het plangebied ook vuursteen verwacht kan worden. De bodemopbouw rond de waterplas is grotendeels intact. Het karterende onderzoek heeft geen duidelijkheid over de genese van de waterplas. Wel kan een antropogene oorsprong (gegraven drinkpoel) worden uitgesloten aangezien ter hoogte van de waterrand een deels intacte podzolbodem voorkomt (AE- en B- horizont).
