In opdracht van Consortium Grensmaas heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in april 2011 een archeologische begeleiding uitgevoerd in verband met de aanleg van de WBL-leiding tussen Itteren en Borgharen in de gemeente Maastricht. Er zijn twee verschillende begeleidingsvormen toegepast. Tussen beide dorpen in heeft een extensieve begeleiding plaatsgevonden, die met name gericht was op het documenteren van de bodemopbouw. Binnen de bebouwde kom van Borgharen is een intensieve begeleiding uitgevoerd, waarbij voorafgaand aan de graafwerk zaamheden een vlak is aangelegd. Tijdens de archeologische begeleiding zijn twee archeologische vindplaatsen aangetroffen in het noordelijke deel, langs de Spekstraat. Vindplaats 1 bestaat uit een concentratie vuurstenen artefacten en prehistorisch handgevormd aardewerk, dat uit de wanden van de leidingsleuf verzameld is. Er zijn, mogelijk mede vanwege de beperkte waarnemingsmogelijkheden, geen grondsporen zoals kuilen, greppels en paalkuilen aangetroffen. De vindplaats bevindt zich op circa 70 tot 110 cm -Mv in de oude klei. De vondsten van vindplaats 1 wijzen op een nederzettingsterrein uit het Midden-Laat Neolithicum en mogelijk de Bronstijd of IJzertijd. Omdat de vindplaats met jongere sedimenten is afgedekt, is deze ook in de aangrenzende gebieden goed bewaard gebleven. Vindplaats 2 bestaat uit een spreiding van aardewerkfragmenten uit de Bronstijd en/of IJzertijd. De vondsten zijn eveneens uit de wanden van de rioolsleuf verzameld, uit de oude klei. De oude klei ligt hier tussen 50 en 80 cm -Mv. Ook hier zijn geen grondsporen waargenomen. De aardewerk scherven wijzen waarschijnlijk op een nederzettingsterrein. Naar het westen toe daalt het reliëf, maar naar het oosten toe stijgt het reliëf juist flink, waardoor de vindplaats zich met name in deze richting verder zal uitstrekken. Binnen de leidingsleuf is de vindplaats afgedekt met jongere sedimenten en is waarschijnlijk goed geconserveerd. Ten oosten van de Spekstraat ontbreken de jongere afzettingen en zullen eventuele grondsporen zich hoogstwaarschijnlijk meteen onder de bouwvoor bevinden. In de bebouwde kom van Borgharen, waar een intensieve archeologische begeleiding is uitge voerd, zijn geen vindplaatsen aangetroffen. Omdat hier een pakket jonge klei en een ophogings pakket is aangetroffen, kunnen eventuele vindplaatsen zich wel nog op een dieper niveau bevinden. Gezien de beperkte zone voor de graafwerkzaamheden kon de omvang van de vindplaatsen niet vastgesteld worden. Op basis van de resultaten van de archeologische begeleiding wordt geen vervolgonderzoek geadviseerd voor het plangebied. Wel dient er bij toekomstige graafwerk zaamheden nabij de vindplaatsen 1 en 2 rekening worden gehouden met afgedekte vindplaatsen uit het Neolithicum, Bronstijd en IJzertijd. Ook in de bebouwde kom van Borgharen en nabij kasteel Borgharen kunnen afgedekte vindplaatsen niet uitgesloten worden.