Bornsche Maten - deelgebied Beekdalwonen te Borne, gemeente Borne

In opdracht van de gemeente Borne heeft RAAP een inventariserend veldonderzoek in de vorm van proefsleuven uitgevoerd in verband met de voorbereidingen voor de realisatie van de woonbuurt Beekdalwonen als onderdeel van de woningbouwlocatie Bornsche Maten. Het onderzoek besloeg een gebied van circa 10 ha ingeklemd tussen de Hemmelhorst, Piepersveldweg en 3e Hemmelhorst.

Tijdens het onderzoek is in het gebied tussen de 1e en 3e Hemmelhorst een circa 6,6 ha groot terrein met nederzettingssporen uit IJzertijd en de Vroeg Romeinse tijd gelokaliseerd en begrensd. Duidelijke bewoningssporen uit voorafgaande perioden ontbreken. Na het afbreken van de bewoning in de Vroeg Romeinse tijd is het terrein pas in de loop van de Middeleeuwen en de Nieuwe tijd weer als akker in gebruik genomen. De vindplaats kenmerkt zich door een relatief lage dichtheid aan grondsporen, hoofdzakelijk (water)kuilen en paalsporen. Aangenomen mag worden dat de sporen en structuren de neerslag vormen van een vrijstaande boerderij met bijgebouwen en waterkuilen die in de loop van de tijd met enige regelmaat over een korte afstand werd verplaatst. Een deel van het nederzettingsterrein ligt op een voor de Bornsche Maten uitzonderlijk hooggelegen zandrug en ander deel ligt op relatief natte en sterk ijzerhoudende bodems in het omringende beekdallandschap. Een groot deel van de nederzetting gaat verborgen onder een dik plaggendek. Andere delen zetten zich voort in de omliggende heideontginningen, waar sprake is van een dunne bouwvoor op een ijzerrijke en deels lemige ondergrond.

Aan de oostzijde van de vindplaats is een verland ven aangetroffen met een diepte van 145 cm en een omvang van circa 86 bij 41 m. De onderste opvulling van het ven bestaat uit lagen (zandig tot sterk zandig) amorf veen afgewisseld met (spoel)zandlaagjes met een gezamenlijke dikte van ongeveer 60 cm. Het is voor het eerst dat tijdens archeologisch onderzoek in de Bornsche Maten veenlagen van een substantiële omvang zijn aangetroffen. Drie gewaardeerde pollenmonsters bevatten pollen van rogge en boekweit, die een terminus post quem datering aan de gewaardeerde monsters geven vanaf de 14e eeuw na Chr. De bemonsterde opvulling van het ven is derhalve niet gelijktijdig met de nederzetting uit de IJzertijd en Vroeg Romeinse tijd.

Het merendeel van het vondstmateriaal (handgevormd aardewerk, stenen, etc.) kan geclassificeerd worden als nederzettingsafval. Aanwijzingen voor ambachtelijke activiteiten ontbreken. Op grond van aardewerk dat de eerste kenmerken van de Rijn-Wezer-Germaanse aardewerktraditie vertoont, was de nederzetting tot in de tweede helft van de 1e eeuw na Chr. bewoond. Andere scherven duiden op een aanvang van de bewoning in de tweede helft van de IJzertijd.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zrv-ce9u
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-9xit-49
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:64202
Provenance
Creator Scholte Lubberink, H.B.G.
Publisher RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V.
Contributor RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V.
Publication Year 2016
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/rtf; application/pdf; application/msword; image/jpeg; dbase / dbf; mapinfo / tab; access / mdb
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (6.770W, 52.304S, 6.778E, 52.307N); Bornsche Maten; Borne; Gemeente Borne; Overijssel