In opdracht van het Openbaar Lichaam Regionaal Bedrijventerrein
Twente heeft BAAC bv op 6 maart 2015 een (eerste fase van een)
inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven (IVO-P) uitgevoerd
nabij Erve Drijerink aan de Wolbes Landen 11 te Almelo. Tijdens deze fase
van het IVO-P is alleen het zuidwestelijke deel van het onderzoeksterrein
door middel van drie proefsleuven onderzocht omdat voor de rest van
het terrein de betredingstoestemming ontbrak. De aanleiding voor het
archeologisch onderzoek was de ontwikkeling van het XL Businesspark
Twente ten zuiden van Almelo.
Op basis van archeologisch vooronderzoek werden binnen het
onderzoeksterrein archeologische resten uit de volle en late
middeleeuwen verwacht, meer specifiek resten die samenhangen met het
nabijgelegen historische Erve Drijerink. De verwachting bestond dat zich
binnen het onderzoeksterrein een voorganger van dit erf heeft
bevonden. Het doel van het IVO-P is de kartering van het
onderzoeksterrein en het waarderen van de (eventueel) aangetroffen
vindplaats(en).
Sporen van een voorganger van Erve Drijerink zijn op de flank van een
dekzandkop, in het zuidwestelijke deel van het onderzoeksgebied, niet
aangetroffen. Wel bevonden zich hier grondverbeteringskuilen. Deze
zogenaamde off-site sporen stammen uit de periode vóór het ontstaan
van het esdek en hebben vermoedelijk een datering in de middeleeuwen
en/of het begin van de nieuwe tijd. De kuilen zijn waarschijnlijk gegraven
bij de ontginning van het gebied en bevinden zich mogelijk in de
periferie van een (gelijktijdig) erf. Indien inderdaad een (gelijktijdig) erf
in de nabijheid aanwezig is, zou deze zich hoger in het landschap, op de
dekzandkop kunnen bevinden. Dit deel van het onderzoeksgebied moet
nog onderzocht worden.
Voor het zuidwestelijke deel van het onderzoeksgebied geldt dat geen
vindplaats is aangetroffen. Voor dit deel wordt dan ook geen
vervolgonderzoek geadviseerd. In de rest van het onderzoeksgebied
dient nog een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd te worden.