In opdracht van Kragten B.V. heeft RAAP in juni 2017 een archeologisch bureauonderzoek (BO) en een Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O), verkennende fase, door middel van handmatige boringen uitgevoerd in het plangebied Optimalisatie Dorppolder in De Lier, op de grens tussen de gemeente Westland en gemeente Midden-Delfland (figuur 1). De aanleiding voor dit onderzoek is het voornemen om op deze locatie de bestaande watergang aan beide zijden enkele meters te verbreden waarvoor een omgevingsvergunning nodig is.Het uitgangspunt voor dit onderzoek wordt gevormd door het wettelijk en beleidsmatig kader voor de ruimtelijke ordening en monumentenzorg. De gemeente Westland en de gemeente Midden- Delfland is in dezen de bevoegde overheid die een besluit zal nemen over hoe om te gaan met de aanwezigheid van eventueel aanwezige archeologische waarden. De noordwestelijke oever valt binnen de gemeente Westland, de zuidoostelijke oever valt binnen de gemeente Midden-Delfland. Op de archeologische beleidskaart van Gemeente Westland ligt het plangebied in een zone ‘Waarde - Archeologie (WR-A)’. Voor de zone ten zuidwesten van de knik in de watergang geldt ‘swr-3’. Het beleid voor deze zone schrijft voor dat er bij bodemingrepen groter dan 250 m2 en dieper dan 50 cm -Mv een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. Ten noordoosten van de knik in de watergang geldt ‘swr-2’. Het beleid voor deze zone schrijft voor dat er bij bodemingrepen groter dan 500 m2 en dieper dan 50 cm -Mv een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. Deze voorschriften zijn voor de noordwestelijke oever in bestemmingsplan Glastuinbouwgebied Westland (NL.IMRO.1783.abp00000013) . Op de archeologische beleidskaart van Gemeente Midden-Delfland ligt het gedeelte ten zuidwesten van de knik in een zone ‘Waarde - Archeologie 3’. Het beleid voor deze zone schrijft voor dat er bij bodemingrepen groter dan 50 m2 en dieper dan 40 cm -Mv een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. Ten noordoosten van de knik ligt het gebied in zone ‘Waarde - Archeologie 5’. Het beleid voor deze zone schrijft voor dat er bij bodemingrepen groter dan 200 m2 en dieper dan 40 cm -Mv een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. Deze voorschriften zijn voor de zuidoostelijke oever verankerd in het bestemmingsplan Schipluiden Buitengebied Gras (NL.IMRO.1842.bp11BG04-va01). Gezien de voorgenomen werkzaamheden (zie §1.2) is een archeologische onderbouwing met betrekking tot de eventuele aanwezigheid van archeologische waarden is derhalve verplicht conform het vigerend gemeentelijk beleid.
