In het gebied werd op basis van het bureauonderzoek bewoningsresten verwacht uit de Middeleeuwen en Nieuwe Tijd, in de top van de crevasse-afzettingen en in de daarop liggende ophogingslagen. De verwachte bodemopbouw komt grotendeels overeen met de daadwerkelijke bodemopbouw (Middeleeuws/Nieuwe Tijds ophoogpakket op crevasse-afzettingen) met als enige uitzondering dat er in het westelijke deel van het plangebied een pakket komafzettingen aanwezig is onder het ophogingspakket. In het onderzochte gebied is echter geen enkele vorm van archeologie aangetroffen. Over de top van de crevasse/kom afzettingen kan worden gezegd dat er in het onderzochte gebied geen archeologie zit of heeft gezeten, aangezien de top van dit pakket intact is aangetroffen. Voor het Middeleeuws/Nieuwe Tijds ophoogpakket houdt de afwezigheid van archeologische resten mogelijk verband met de gebouwen die in 1996 in het plangebied zijn gebouwd. Echter zijn ook geen (restanten van) diepere sporen, zoals waterputten en beerputten aangetroffen. De afwezigheid van dergelijke sporen kan een indicatie zijn dat er helemaal geen archeologische resten in het onderzochte gebied hebben gelegen, maar dit is niet met zekerheid te zeggen. Wel is met zekerheid te zeggen dat momoenteel archeologische resten in het onderzochte gebied afwezig zijn. Gezien de diepte en de aard van de verstoring is de kans op archeologische resten in de rest van het te verstoren gebied erg klein. Op basis van de resultaten van dit onderzoek kan de verwachting voor resten uit de Middeleeuwen en Nieuwe Tijd (voorheen hoog) bijgesteld worden naar laag.