Het onderzoek binnen het plangebied Ericahorst heeft een drietal, in tijd gescheiden, vindplaatsen opgeleverd. De oudste vindplaats betreft een zone met spiekers uit de IJzertijd. Hiervan is het niet duidelijk of het hier gaat om gebouwtjes uit de Midden of Late IJzertijd. De twee hutkommen die binnen het plangebied zijn aangetroffen zijn gedateerd omstreeks het einde van de 5de eeuw na Chr. Deze periode is over het algemeen zeer slecht bekend in de archeologie en in Ede is dit niet anders. Hoewel men hier wel beschikt over een aantal sites die doorlopen tot in of kort voor deze periode. Deze zijn uitgewerkt in het overzichtswerk Ede vol erven. De sporen in het plangebied die worden gedateerd in de Nieuwe Tijd zijn allemaal te relateren aan infrastructuur. Het gaat hierbij om karrensporen, een bermsloot van (de voorloper van) de Veenderweg en wat heiningen. Geen van deze elementen, met uitzondering van de weg waarlangs de bermsloot heeft gelopen is te relateren aan oud kaartmateriaal. Dit zou kunnen betekenen dat de sporen ouder zijn en daarom niet op het kaartmateriaal is terug te vinden.