In opdracht van Pure Energie heeft RAAP in oktober 2021 een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Zonnepark De Batterijen te Houten in de gemeente Houten.
In het grootste deel van het plangebied wordt de Jutphaas stroomgordel op geringe diepte verwacht. De oeverafzettingen van deze stroomgordel liggen op grond van eerder inventariserend veldonderzoek in de omgeving van het plangebied naar verwachting doorgaans rond 0,5 m beneden maaiveld.
Op de stroomgordel van Jutphaas zijn in het verleden in de directe omgeving van het plangebied archeologische resten aangetroffen uit de periode ijzertijd tot en met de late middeleeuwen. Binnen het westelijke deel van het plangebied zijn tijdens een veldkartering in 1980 diverse fragmenten aardewerk uit de Romeinse tijd en de late middeleeuwen aangetroffen.
Gedurende het neolithicum en de vroege en midden bronstijd lag het plangebied naar verwachting in het komgebied van de Wiersch stroomgordel, die ruim 1 km ten zuiden van plangebied ligt. Daarom geldt binnen het plangebied een lage verwachting voor de periode neolithicum tot en met de midden bronstijd.
Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek geldt ter plaatse van de Jutphaas stroomgordel een hoge verwachting voor archeologische resten uit de periode ijzertijd tot en met de middeleeuwen.
De Jutphaas stroomgordel heeft de top van het pleistocene landschap geërodeerd. Ter plaatse van de stroomgordel geldt daarom een lage verwachting voor archeologische resten uit de periode laat paleolithicum tot en met het mesolithicum. In het meest oostelijke deel van het plangebied, waar deze stroomgordel niet wordt verwacht, geldt een onbekende verwachting voor deze periode. De top van het pleistocene landschap ligt naar verwachting dieper dan 4 m beneden maaiveld en wordt daarom niet bedreigd door de voorgenomen ingrepen, die niet dieper dan 1 m beneden maaiveld zullen reiken.
Op basis van de resultaten van het onderzoek blijkt dat in een deel van het plangebied (mogelijk) archeologische resten bedreigd worden door de voorgenomen bodemingrepen.
