Er is een archeologisch onderzoek uitgevoerd op een terrein aan de Vossenkuil 12 te Weurt in de gemeente Beuningen, provincie Gelderland. De aanleiding voor het onderzoek is de geplande bouw van een schuur op het terrein. Deze wordt niet onderkelderd maar komt op een tot 80 centimeter diepte reikende fundering. Het plangebied ligt in een zone waarvoor volgens de gemeentelijke beleidskaart een hoge archeologische verwachting geldt. Volgens het bestemmingsplan geldt hier een dubbelbestemming voor archeologie en is de uitvoering van een archeologisch onderzoek verplicht. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden. Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek. Voor het plangebied geldt een hoge verwachting voor bewoningsresten daterend vanaf de late ijzertijd. Voor resten van bewoning en begraving uit de middeleeuwen tot en met de nieuwe tijd geldt een lage verwachting omdat het plangebied in het verleden niet aan een historische weg lag maar midden op een akker. Om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen zijn in het plangebied zes boringen geplaatst. Hiervoor is gebruik gemaakt van een guts en een megaboor. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de bodem in het grootste deel van het plangebied zestig tot tachtig centimeter is verstoord. In de hierboven gelegen toplaag zijn relatief moderne sloopresten aanwezig, die waarschijnlijk samenhangen met de bouw en sloop van twintigste eeuwse schuren. In de onder deze toplaag aangetroffen gelaagde zandafzetting zijn geen vegetatie-horizonten of anderszins vuile lagen waargenomen die met bewoningsresten uit het (verre) verleden samen zouden kunnen hangen. Ondanks het naboren met een megaboor zijn in geen van de boringen relevante archeologische indicatoren gevonden. Zelfs houtskooldeeltjes, die gewoonlijk in een ruime spreiding rond prehistorische vindplaatsen voorkomen, ontbreken volledig.

Selectieadvies (KNA 4 VS07) door drs. R.P. Exaltus, senior KNA-prospector/-archeoloog In verband met het (ondanks de extreem hoge boordichtheid) volledig ontbreken van relevante archeologische indicatoren, alsmede in verband met de moderne verstoring van de bodem in het grootse deel van het plangebied tot beneden de diepte van de geplande fundering van tachtig centimeter, geven de resultaten van het onderzoek geen aanleiding tot het adviseren van vervolgonderzoek.

Als bij toekomstig graafwerk onverhoopt toch archeologische vondsten worden gedaan of archeologische grondsporen worden aangetroffen, dan dient daarvan direct melding te worden gemaakt bij de minister conform de Erfgoedwet 2015, artikel 5.10 & 5.11. Wij adviseren dit te doen bij de gemeente Beuningen.

De gemeente heeft per e-mail d.d. 13 juni 2019 aangegeven dat ze dit advies opvolgt.