Op 31 augustus 2015 heeft RAAP in opdracht van de gemeente Maastricht een archeologische begeleiding uitgevoerd tijdens rioolwerkzaamheden op de Sphinxcour aan de Boschstraat te Maastricht.
Uit de directe omgeving van het onderzoeksgebied zijn verschillende archeologische vindplaatsen bekend. Op het Sphinxterrein zelf heeft in 2009 en in 2014 archeologisch onderzoek plaats gevonden, waaruit blijkt dat in de directe omgeving resten uit de Middeleeuwen en de Nieuwe tijd aanwezig zijn. Voorts zijn in de jaren tachtig van de vorige eeuw direct ten oosten van de Boschstraat nederzettingsresten en begravingen uit de 6e tot 8e eeuw gevonden. Het gebied ligt landschappelijk gezien op het Geistingenterras maar tegen het Maasdal aan.
De begeleiding (ca. 60 m2) heeft weinig archeologische resten opgeleverd, wat vooral te maken heeft met de geringe dieptes van de ingreep (1,50 m onder het maaiveld). Als gevolg van de geringe diepte van de sleuven kon tevens de landschappelijke setting (landschappelijke genese) onvoldoende bestudeerd worden. Alleen in een verdiepte verzamelput in het uiterste noorden van put 1 is ongeroerde löss aangetroffen. Aangezien het profiel niet dieper onderzocht kon worden, blijft het onduidelijk of het hierbij om colluvium gaat, of door de Maas afgezette löss.
Onder (sub)recente egaliseringslagen uit de 20e en 21e eeuw werden vanaf ca. 1,30-1,50 m onder het maaiveld archeologische niveaus aangesneden. Feitelijk gebeurde dit alleen in het noorden van put1; in het zuiden van put 1 en in put 2 werden deze archeologische niveaus niet gehaald. De archeologische resten van put 1 bestaan uit een bakstenen kelder uit de Nieuwe tijd (met subrecente vulling), een oudere mergelfundering die door deze kelder wordt oversneden, een tweede vergelijkbare mergelfundering en enkele kuilen of lagen die zich direct onder de recente lagen bevinden maar niet nader (dieper) onderzocht konden worden. Alleen bij de verdiepte verzamelput in het uiterste noorden van put 1 kon wel tot op een dieper niveau onderzoek plaats vinden. Hier werden onder de jongere ophogingen minstens twee archeologische niveaus aangetroffen. Een eerste archeologisch niveau betreft een ophogingslaag vanaf circa 1,60 m onder het maaiveld, uit de Late Middeleeuwen tot vroege Nieuwe tijd. Een kuil ingegraven in dit niveau bevatte een nagenoeg geheel bewaarde Maaslandse kom uit de eerste helft van de 16e eeuw. Onder het ophogingspakket, vanaf ca. 2,00 m onder het maaiveld, bevond zich een tweede archeologisch niveau in de ongeroerde löss. Hierin werd een greppel vastgesteld, die op basis van aardewerk in de Late Middeleeuwen wordt gedateerd. Opmerkelijk was dat in de greppel ook enkele Karolingische scherven werden aangetroffen, die er op wijzen dat het gebied ook al vroeger bewoond of in gebruik is geweest. Dit betekent dat de vindplaats uit 6e tot 8e eeuw, die in de jaren tachtig van de vorige eeuw direct ten oosten van de Boschstraat is onderzocht, zich waarschijnlijk nog tot in het onderzoeksgebied uitstrekt.
