Plangebied de Stenen Poort te Houten, gemeente Houten; archeologisch vooronderzoek: Plangebied de Stenen Poort te Houten, gemeente Houten; archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek proefsleuven

In opdracht van de gemeente Houten heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in april 2012 een bureau- en inventariserend veldonderzoek in de vorm van proefsleuven uitgevoerd in verband met de voorgenomen werkzaamheden (herontwikkeling sportcomplex ‘De Stenen Poort’) in de gemeente Houten. Op basis van het vooronderzoek werden in het plangebied ter hoogte van de deelgebieden 1 en 2 aan of direct onder het maaiveld in de oeverafzettingen archeologische resten uit de IJzertijd en/of Romeinse tijd verwacht. Tevens werd ter hoogte van boring 10 de gracht van het boerderijcomplex ‘De Stenen Poort’ verwacht (Feiken, 2011). Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn sporen uit verschillende perioden en vondsten van verschillende materiaalcategorieën gevonden. In beide deelgebieden is vastgesteld dat naast resten uit de IJzertijd en Romeinse tijd ook resten uit de Middeleeuwen en Nieuwe tijd aanwezig zijn. De bodemopbouw komt overeen met de resultaten van het booronderzoek: oever- op geul- op beddingafzettingen. In de oeverafzettingen zijn in tegenstelling tot de resultaten van het vooronderzoek tijdens het proefsleuvenonderzoek meerdere laklagen (vegetatiehorizonten) aangetroffen. Dit geldt vooral voor deelgebied 1, waar de bodemopbouw het meest intact bleek te zijn. De cultuurlaag waarover in het booronderzoek wordt gesproken, is in tegenstelling tot de resultaten van het voorgaand onderzoek juist niet in deelgebied 1, maar in deelgebied 2 aange troffen. Vermoedelijk zijn de boringen op basis waarvan de cultuurlaag werd verwacht in een grondspoor gezet. Tijdens het gravend onderzoek zijn paalsporen en greppels uit de Romeinse tijd gevonden. De context van de sporen kan niet worden bepaald en niet worden gekoppeld aan het onuitgewerkte onderzoek van de ROB uit 1985-1987. Vermoedelijk behoren de sporen tot erfi nrichting- of land bouwactiviteiten. Uit de Middeleeuwen zijn paalsporen, kuilen en greppels aangetroffen die tot erfi nrichtingsstructuren behoren. Uit de Nieuwe tijd zijn stakenrijtjes en een water- of afvalkuil aangetroffen. Hoewel de resultaten van dit onderzoek niet te koppelen zijn aan de weinige, beschikbare gegevens van het onderzoek door de ROB verzameld door Vos (2009) en Van der Roest (1988), komen de resultaten wel deels overeen. In tegenstelling tot de resultaten van Van der Roest (1988) ligt in het plangebied de nadruk op de 10e-15e eeuw en niet op de Merovingische tijd. Op basis van het aanvullend booronderzoek tijdens het veldwerk is vastgesteld dat de ver meende gracht vermoedelijk een ander type grondspoor betreft: waarschijnlijk een kuil of mogelijk een smalle sloot. De continue bewoning vanaf de IJzertijd t/m de Nieuwe tijd in het plangebied biedt een goede mogelijkheid om de bewoningsgeschiedenis van Houten te bestuderen. De informatie- en ensemblewaarde van de sporen en vondsten is dan ook hoog. Ondanks hun kwetsbare ligging zijn de archeologische resten uit de Middeleeuwen en Nieuwe tijd relatief gaaf. Dit geldt ook voor de resten uit de Romeinse tijd (en mogelijk IJzertijd) in deelgebied 2. Verwacht wordt dat resten uit de Romeinse tijd en eventueel IJzertijd in deelgebied 1 deels verstoord zijn door de diep ingegraven sporen uit de Middeleeuwen en Nieuwe tijd. Op basis van het vondstmateriaal kan worden geconcludeerd dat de vindplaats matig tot goed is geconserveerd. Op basis van de resultaten van het onderzoek is de vindplaats, daterend uit verschillende perioden, gewaardeerd volgens de scoretabel uit de KNA 3.2. Hieruit mag geconcludeerd worden dat de archeologische resten in beide deelgebieden behoudenswaardig zijn. Naar aanleiding van bovenstaande waardering wordt geadviseerd de archeologische resten in situ te behouden. Indien dit in verband met de planvorming niet tot de mogelijkheden behoort, wordt archeologisch vervolgonderzoek in de vorm van een opgraving aanbevolen. Dit geldt voor beide deelgebieden. Een opgraving behoort conform de KNA versie 3.2 plaats te vinden op basis van een Programma van Eisen (PvE). Dit PvE dient voor aanvang van het onderzoek te worden opgesteld door een senior-archeoloog. Vervolgens dient het PvE te worden goedgekeurd door het bevoegd gezag.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-z28-xc6b
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-8l-5oug
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:323178
Provenance
Creator Briels, I.R.P.M
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor Utrecht; RAAP Archeologisch Adviesbureau
Publication Year 2023
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; DANS License; https://dans.knaw.nl/en/about/organisation-and-policy/legal-information/DANSLicence.pdf
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format jpg/jpeg file; excel xml; pdf portable document format; geography markup language; hose3 databestand
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.154 LON, 52.025 LAT); Utrecht; Houten; Houten; Sportcomplex De Stenen Poort; 38F (kaartblad)