Hotel The Wigwam, gesitueerd aan de Herenstraat 12 te Domburg, heeft het voornemen om uit te breiden. Om dit mogelijk te maken zal het bestaande hotel worden gesloopt. De nieuwbouw zal gerealiseerd worden op hetzelfde perceel met een uitbreiding in zeewaartse richting. Hiertoe werd grond aangekocht en heeft een kadastrale herindeling plaatsgevonden. Daarnaast zal ook nieuwbouw en uitbreiding van de bestaande bebouwing worden gerealiseerd. Deze plannen pasten niet volledig binnen het vigerende bestemmingsplan Kom Domburg uit 2011. In het kader van het nieuwe bestemmingsplan is in 2018 een Archeologisch Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek door middel van verkennende boringen uitgevoerd. Op basis van dit onderzoek kon worden vastgesteld dat er een hoge verwachting geldt op het aantreffen van vindplaatsen uit de Vroege en Late Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd binnen de Jonge Duinzanden. Daarnaast kunnen in de onderliggende verlandingsafzettingen van een oude kreek archeologische waarden worden aangetroffen uit de IJzertijd en Romeinse tijd. Dit niveau is echter dieper gelegen dan de geplande ontgravingsdiepte en zal dus intact bewaard blijven. Enkel de archeologische waarden vanaf de Vroege Middeleeuwen worden bedreigd. Aan de noordzijde van het plangebied worden de archeologische waarden niet bedreigd, omdat de bodemingreep ten behoeve van de realisatie van de recreatiewoningen beperkt blijft tot de aanleg van de funderingen. Op basis van de resultaten van dit onderzoek heeft de bevoegde overheid besloten dat het uitvoeren van een Inventariserend Veldonderzoek door middel van Proefsleuven binnen het zuidelijke deel van het plangebied noodzakelijk is (=onderzoeksgebied). De resultaten van het onderzoek bevestigen de hoge verwachting voor de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd. Door de beperking in diepte en breedte van de werkputten kon de verwachting voor de dieper gelegen niveaus (Vroege Middeleeuwen, Romeinse Tijd en IJzertijd) niet worden getoetst. Binnen het onderzoeksgebied zijn aan de noordzijde onder de recente bouwvoor, op een diepte van 0,25 meter beneden maaiveld (4,75 meter +NAP) sporen in de vorm van een pad en boomkuil aangetroffen die dateren tussen de 17de en de 19de eeuw (Nieuwe Tijd). Deze sporen behoren tot een eerste vindplaats (vindplaats 1). In tegenstelling tot de verwachting op basis van de analyse van oude kaarten zijn aan de zuidzijde van het onderzoeksgebied geen resten gevonden van bebouwing die behoren tot de voormalige “Hofstede van S. Antonij Cuijpers”, weergegeven op de kaart van Goliath die de situatie in de 17e eeuw weergeeft. Door de beperkte onderzochte oppervlakte kan niet volledig worden uitgesloten dat er nog resten van deze hofstede aanwezig zijn binnen de grenzen van het onderzoeksgebied. Een tweede vindplaats (vindplaats 2) betreffen twee niveaus van middeleeuwse akkerlagen, waarvan de eerste laag top is vastgesteld tussen 2,20 en 2,80 meter beneden maaiveld (2,50 en 2,65 meter +NAP) en een tweede laag op een diepte van 3,48 meter beneden maaiveld (1,97 meter +NAP). In deze akkerlaag zijn enkel ploegsporen vastgesteld en geen directe aanwijzingen aanwezig voor bebouwing in deze laag. Een derde vindplaats (vindplaats 3), aangetroffen aan de zuidzijde van het onderzoeksgebied, omvat bewoningssporen uit de Middeleeuwen. Dit niveau bevindt zich op een diepte van 1,34 meter beneden maaiveld (3,58 meter +NAP). De aangetroffen vindplaatsen zijn gewaardeerd per vindplaats conform de waarderingstabel in de KNA 4.0. Op basis van de waardering is enkel vindplaats 3 met de middeleeuwse bewoningssporen als behoudenswaardig te beschouwen. De overige twee vindplaatsen (vindplaatsen 1 en 2) worden op basis van de inhoudelijke kwaliteit als niet behoudenswaardig beschouwd. Volgens de huidige planvorming wordt een parkeerkelder uitgegraven tot circa 3,00 meter beneden maaiveld (2,45 meter +NAP) binnen het onderzoeksgebied. Op basis van de resultaten van het proefsleuvenonderzoek is vastgesteld dat de kans op het aantreffen van behoudenswaardige archeologische vindplaatsen ten noorden van de tuinmuur laag is. Voor de noordzijde van het onderzoeksgebied wordt dan ook geen archeologisch vervolgonderzoek geadviseerd. Ten zuiden van de huidige tuin, onder het hotel en de parkeerplaats, is de kans hoog dat binnen de geplande verstoringsdiepte archeologische waarden worden aangetroffen uit de Middeleeuwen en Nieuwe Tijd. Verwacht wordt dat er minimaal twee bewoningslagen verstoord worden als gevolg van de graafwerkzaamheden. Het eerste niveau bevindt zich op 0,38 meter beneden maaiveld (4,54 meter +NAP), gelijk aan de top van de cultuurlaag met archeologische waarden uit de Nieuwe Tijd. Het tweede niveau bevindt zich op een diepte van 1,34 meter beneden maaiveld (3,58 meter +NAP). Op deze diepte is een middeleeuwse vindplaats aanwezig met minimaal één structuur. Er kan niet volledig worden uitgesloten dat een derde sporenniveau aanwezig is in de top van de middeleeuwse akkerlaag. Dit niveau is middels boringen vastgesteld op een diepte van 2,34 en 2,65 meter beneden maaiveld (2,58 en 2,80 meter +NAP).