In opdracht van de combinatie Dura Vermeer-Ploegam heeft RAAP in drie verschillende fasen
tussen september 2017 en mei 2018 een proefsleuvenonderzoek gevolgd door een
archeologische opgraving uitgevoerd in verband met dijkversterkende maatregelen aan de
dijkringen 66 en 67 bij Grubbenvorst en Lottum in de gemeente Horst aan de Maas.
Het doel van de eerste fase van het onderzoek (het proefsleuvenonderzoek) was het vaststellen
van de archeologische waarde van het terrein. Hiertoe was het noodzakelijk inzicht te krijgen in
de precieze aard en omvang van de vindplaatsen. In het verlengde daarvan is in kaart gebracht
wat de consequenties zijn van de onderzoeksresultaten voor de verdere planvorming in het
plangebied. Zijn de archeologische vindplaatsen behoudenswaardig, en, zo ja, kunnen ze
behouden blijven of dienen ze te worden opgegraven?
In totaal zijn er 12 proefsleuven aangelegd in beide deelgebieden (Grubbenvorst: werkputten 1-5
en 18; Lottum: werkputten 5-11). Hierbij zijn bij Grubbenvorst enkele sporen uit de volle
middeleeuwen aangetroffen (vindplaats 1), terwijl bij Lottum een nederzetting uit de vroege
middeleeuwen is gevonden (vindplaats 2). Aangezien het hier om een behoudenswaardige
vindplaats ging, is besloten om deze binnen de grenzen van het plangebied verder te
onderzoeken door middel van een opgraving. Een eerste deel van de opgraving heeft
plaatsgevonden meteen aansluitend aan de tweede fase van het proefsleuvenonderzoek in
februari 2018. Een laatste (derde) fase van het onderzoek heeft ten slotte plaatsgevonden in mei
2018. In totaal is circa 3350 m² onderzocht.
Tenslotte, zijn er tijdens werkzaamheden nabij de kerk van Grubbenvorst bij toeval nog enkele
muurresten aangetroffen. Hoewel technisch gezien geen onderdeel van het onderzoek is door
het bevoegd gezag gevraagd om deze in onderhavig rapport te verwerken.
Het selectieadvies luidt: binnen de grenzen van het plangebied worden geen archeologische
resten meer verwacht. Het plangebied kan daarom worden vrijgegeven en de archeologische
verwachting kan komen te vervallen. Wel wordt geadviseerd om gezien de grote waarde en
gaafheid van de vindplaats te Lottum en het feit dat de vindplaats buiten de grenzen van het
plangebied doorloopt, de directe omgeving van de als gemeentelijk monument aan te wijzen. Als
begrenzing kan hiertoe de aangegeven begrenzing van de vindplaats op figuur 45 dienen.