Uit de resultaten van het veldonderzoek is gebleken dat zich in een groot deel van het plangebied, op
een diepte tussen 0,2 en 1,3 m –mv (0,11 en 1,78 m +NAP), een kleipakket bevindt dat vermoedelijk
behoort tot een laat- of postmiddeleeuwse uitbreiding van de wierde. In boring 10 is, op een diepte van
1,3 m –mv (0,39 m +NAP), een 1,0 m dikke mestlaag aangetroffen, die geïnterpreteerd kan worden als
een vroege uitbreiding van een huispodium of wierde). Hieronder, op een diepte van 2,3 m –mv (0,61 m
–NAP), bevindt zich een matig humeuze, donkergrijze kleilaag (matig siltig) waarin terpaardewerk is
aangetroffen dat waarschijnlijk dateert uit de late ijzertijd tot romeinse tijd. Gezien de diepteligging
behoort deze laag waarschijnlijk tot een archeologische spoor (vermoedelijk een sloot). Bij boring 1 zijn
jongere (nieuwetijdse) uitbreidingen van de wierde aangetroffen. In de ondergrond is vermoedelijk een
oudere sloot aanwezig. Wegens een ondoordringbaar (puin)niveau kon de diepte hiervan niet worden
bepaald. De natuurlijke afzettingen bevinden zich binnen het plangebied op een diepte tussen 0,8 en
3,3 m –mv (1,61 m –NAP en 0,79 m +NAP.