Aan de Kamperweg te Kruiningen wordt in een plangebied van circa 20,62 ha een nieuw zonnepark gepland. In het kader van de hiertoe benodigde omgevingsvergunning heeft Artefact! Advies en Onderzoek in Erfgoed een Inventariserend Veldonderzoek door middel van verkennende boringen uitgevoerd.

Artefact heeft in 2019, voor dit plangebied reeds een Archeologisch Bureauonderzoek opgesteld. In het voorliggende rapport werd het archeologisch verwachtingsmodel uit dit bureauonderzoek getoetst door het uitvoeren van een Inventariserend Veldonderzoek door middel van verkennende boringen. Op basis van de resultaten dit booronderzoek kan gesteld worden dat: - er een lage verwachting is op het aantreffen van resten uit het Neolithicum op de wadafzettingen van het Laagpakket van Wormer. Dit niveau bevindt zich op een diepte tussen 2,50 en 3,48 m -NAP (1,50 en 3,50 m -mv). In het oostelijke deel van het plangebied zijn deze oudere getijdenafzettingen geërodeerd door een jongere geul. Hier vervalt de archeologische verwachting. - het veen deels intact aanwezig is. In overige stukken is het ofwel ten behoeve van veenwinning weggehaald, of verdwenen ter plaatse van jongere kreken. Vandaar dat enkel de zones met intact veen een hoge verwachting krijgen op het aantreffen van vindplaatsen uit de Late IJzertijd en/of Romeinse Tijd in de top van het Hollandveen Laagpakket. De top van het intacte veen ligt op een diepte tussen 1,5 en 2,41 meter -NAP (0,85 en 2,3 meter -mv). - het uiterst oostelijk deel van het plangebied een middelhoge verwachting heeft voor vindplaatsen uit de Late Middeleeuwen. Die zone loopt gelijk met de bedding en oever van een fossiele kreek. In het centrale en westelijke deel van het plangebied werd een superpositie van jongere wadvlakte-afzettingen op oudere poelafzettingen vastgesteld. In dit deel van het plangebied is de verwachting op het voorkomen van vindplaatsen uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd laag. Deze lage verwachting wordt bovendien onderstreept door de talkrijke indicaties voor systematische veenwinning in de Late Middeleeuwen, maar ook recentere verstoringen van de bovenzijde van het profiel, met name in de noordelijke percelen van het plangebied.

Met dit verwachtingsmodel als uitgangspunt werden vier zones afgebakend met het specifiek beperkend advies: - In zone 1 geen graafwerkzaamheden uit te voeren die dieper reiken dan 0,95 m-mv (1,77 m-NAP) - In zone 2 geen graafwerkzaamheden uit te voeren die dieper reiken dan 0,85 m-mv (1,63 m-NAP) - In zone 3 geen graafwerkzaamheden uit te voeren die dieper reiken dan 1,2 m-mv (1,56 m-NAP) - In zone 4 geen graafwerkzaamheden uit te voeren die dieper reiken dan 0,4 m-mv (0,01/0,33 m-NAP) - In de overige delen zijn geen beperkingen