Waterschap Scheldestromen en de Gemeente Veere hebben het voornemen om de Middelburgseweg van Grijpskerke naar Middelburg te reconstrueren. Het Waterschap voert groot onderhoud uit aan de rijbaan en het fietspad wordt verbreed. Gelijkopgaand wordt in Buttinge door de gemeente een nieuw rioleringsstelsel aangelegd op een diepte van maximaal 2,77 meter –mv. De bevoegde overheid heeft op basis van de planvorming bepaald dat een archeologisch onderzoek noodzakelijk is binnen een deel van het projectgebied (=onderzoeksgebied). Het onderzoeksgebied omvat het deel van de Middelburgseweg in het centrum van Buttinge vanaf huisnummer 28 tot en met het kruispunt met de Stenen Kruisweg. De lengte van het onderzoeksgebied bedraagt circa 80 meter. Het archeologisch vooronderzoek dient, conform de voorschriften die door het Bevoegd Gezag zijn opgesteld, in een eerste fase te bestaan uit een Archeologisch Bureauonderzoek.
Op basis van het bureauonderzoek is voor het onderzoeksgebied een archeologische verwachting opgesteld. Dit betreft een lage verwachting voor het Laagpakket van Wormer (Laat-Neolithicum) en een hoge verwachting voor het Laagpakket van Walcheren (Middeleeuwen en Nieuwe Tijd). De verwachting met betrekking tot de Middeleeuwen en Nieuwe Tijd is op te delen in twee afzonderlijke zones:
A) Zone is met name te situeren in het zuidwesten van het onderzoeksgebied, waar in het verleden een kerkhof van de voormalige kerk van Buttinge heeft gelegen. Het zuidoosten van het onderzoeksgebied valt daarenboven nog net ter plaatse van de locatie van de voormalige smidse van Buttinge die mogelijk op dit kerkhof is gebouwd. Zone A loopt verder zuidelijker door buiten het onderzoeksgebied. In Zone A kunnen dan ook resten van het kerkhof (kerkhofmuur, graven, menselijk bot,…) en resten van gebouwen (funderingen) aangetroffen worden.
B) De overige delen van het onderzoeksgebied vormen zone B deze zijn historisch gezien in gebruik geweest als weg en landbouwgrond. Ook hier is in principe een hoge verwachting van kracht, dit voor resten van oudere wegverhardingen en perceelsgreppels.
Op basis van deze archeologische verwachting is met betrekking tot het onderzoeksgebied geadviseerd om in het zuidelijke deel en in het gebied ten zuiden daarvan een vervolgonderzoek (Archeologische Begeleiding) uit te laten voeren.
