Begin van de oorlog verloopt rustig. Werkt bij de spoorwegen als lader/losser van treinen in Utrecht. Om de Arbeiteinsatz te ontduiken, duikt hij onder in Houten. Gaat samen met zijn vrouw bij de verzetsgroep Lagas. Brengt bommen weg, plaatst bommen, helpt mensen ontvluchten en werkt met stenguns. Is niet ideologisch gedreven, eerder een avonturier. Wordt in de zomer van 1943 opgepakt, omdat hij geen Ausweis kan tonen. Verblijft 3 dagen op een politiebureau, wordt met ongeveer 20 mensen naar Kamp Amersfoort wordt gebracht. Heeft het in het kamp relatief goed. Verblijft in barak 8, kampnummer 3734. Het kamp zit niet vol, er zijn lege plekken. Loopt op klompen. Komt in SS-keuken terecht, waar ze aardappels moeten schillen. Neemt dikke schillen mee naar de barak. Wordt meerdere keren gestraft.
Beschrijving van eten en de eetgewoontes, de gang van zaken rondom het op transport stellen van gevangenen en het ochtendritueel in het Kamp. Wordt uiteindelijk vrijgelaten door kennissen met een connectie naar Seyss-Inquart. Duikt na terugkeer in Utrecht, opnieuw onder. Heeft veel last van nachtmerries over het Kamp.