In opdracht van Staatsbosbeheer heeft RAAP in juli 2018 een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Schoorlse Duinen te Schoorl in de gemeente Bergen. Het onderzoek vond plaats in het kader van een omgevingsvergunning. De doelstelling van het bureauonderzoek is het vaststellen van de archeologische waarde van het terrein dan wel de archeologische vindplaats. Daartoe wordt informatie verzameld over bekende en verwachte archeologische resten teneinde een gespecificeerde archeologische verwachting op te
stellen.
Voor het plangebied geldt een hoge archeologische verwachting voor de aanwezigheid van vindplaatsen (archeologische resten) uit de periode Neolithicum t/m Nieuwe tijd. Deze hoge verwachting is gebaseerd op de aanwezigheid van strandwallen met duinen in de ondergrond van het
plangebied. In een klein deel van het plangebied lijkt dit archeologisch relevante niveau binnen bereik van de geplande ingrepen te liggen.
In het plangebied kunnen tevens sporen worden verwacht van Duitse loopgraven en stellingen uit de Tweede Wereldoorlog. In loopgraven kunnen resten worden verwacht van de constructie en van
achtergelaten en/of gedumpte uitrustingstukken en (toebehoren van) wapens- en munitie.
Ten aanzien van de chopperwerkzaamheden wordt geen vervolgonderzoek geadviseerd. Deze zijn vergunningvrij. Ten aanzien van het rooien van dennenbos wordt geadviseerd om de plannen zodanig aan te passen dat verstoring wordt voorkomen. Dat kan door de geplande ingrepen daar uit te voeren waar volgens het hoogtemodel in de advieskaart geen risico bestaat op het raken van archeologische resten.
Indien planaanpassing niet mogelijk is, wordt aanbevolen in het kader van de bestaande planvorming een vervolgstap uit het proces van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ) te nemen in de vorm van (verkennend) booronderzoek en een veldinspectie naar resten uit de Tweede Wereldoorlog.
De gemeente Bergen heeft in overleg met Staatsbosbeheer een afwijkend selectieadvies genomen. Dit houdt in dat het advies ten aanzien van de resten uit de Tweede Wereldoorlog wordt overgenomen.
Waar heide gechopperd wordt, zal na het chopperen een veldinspectie worden uitgevoerd, omdat dan het maaiveld beter zichtbaar is. Het rooien van Dennebos is besloten – conform advies – een deel van
de bomen niet te rooien maar te frezen, zodat geen stobben worden verwijderd. Waar dat wel noodzakelijk is, zullen na verwijdering van de stobben kijkgaten worden gegraven en opgeschoond zodat leesbare profielen ontstaan. Zo nodig zullen deze tot proefsleuven worden uitgebreid als oude bodemlagen aanwezig blijken te zijn.