In opdracht van Projectbureau Ooijen-Wanssum heeft ADC ArcheoProjecten een inventariserend veldonderzoek in de vorm van een booronderzoek en een oppervlaktekartering uitgevoerd voor het plangebied Hoogwatergeul in Wanssum (gemeente Meerlo-Wanssum). Het archeologisch onderzoek heeft betrekking op de aanleg van een hoogwatergeul bij Wanssum die deel uit maakt van de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum. In dit deel van het plangebied met een oppervlakte va circa 120 ha zal een ontgronding worden uitgevoerd.In een eerder uitgevoerd bureauonderzoek is een geoarcheologische verwachting opgesteld. Dit onderzoek concludeert dat het onderzoeksgebied bestaat uit een kronkelwaardsysteem waar mogelijk Neolithische resten zich bevinden onder jonge oeversedimenten, zoals in het plangebied Well-Aijen aan de overzijde van de Maas.De archeologische resten die aan het oppervlakte gevonden zijn, bestaan voornamelijk uit scherven uit de Nieuwe tijd. Een aantal scherven zijn gedateerd in de Late en Vroege Middeleeuwen. Daarnaast zijn een aantal vuursteenfragmenten aangetroffen. Deze zijn echter niet met zekerheid aan menselijke activiteiten te koppelen. Binnen het plangebied zijn 121 boringen gezet. De conclusie op basis van de boringen is dat het onderzoeksgebied bestaat uit kronkelwaardafzettingen van de Maas met het zand van de beddingafzettingen op een diepte van 150 tot 200 cm - maaiveld. In het centrale en zuidelijke deel zijn restgeulen gevonden met een veenvulling. De geulen zijn gedateerd met behulp van een pollenscan. De zuidelijke geul door de Maas is verlaten in het Midden Boreaal (vroeg Mesolithicum). De geul in het centrale oostelijke deel van het onderzoeksgebied is verlaten in het Vroeg-Midden Atlanticum (Neolithicum). Tijdens het booronderzoek zijn geen indicatoren aangetroffen die wijzen op archeologische sporen in de bodem.Ondanks dat er in de boringen in het plangebied geen archeologische resten en lagen zijn aangetroffen heeft het gebied tussen de twee geulen in het oosten en het gebied ten zuiden van de geul in het westen een hoge archeologische verwachting voor bewoning uit het Mesolithicum en Neolithicum. Dit is gebaseerd op de kennis opgedaan tijdens proefsleuvenonderzoek in het plangebied Well-Aijen.ADC ArcheoProjecten adviseert daarom om in de gebieden met een hoge archeologische verwachting een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van het aanleggen van proefsleuven (IVO- P), teneinde gaafheid, omvang, datering en conservering van archeologische resten te onderzoeken.Het is niet uit te sluiten dat er buiten het in afbeelding 7 aangewezen gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Daarom merken wij op dat het aanbeveling verdient om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij de bevoegde overheid, zoals aangegeven in de Monumentenwet.