Gestapelde huizen

Voorafgaand aan de opgraving is een archeologische verwachting voor het perceel geformuleerd. Voor de vraagstellingen is op basis van de verwachting onderscheid gemaakt tussen drie thema’s: 1. sporen uit de Bronstijd; 2: bewoningssporen tussen de 12de eeuw tot de bouw van de stolpboerderij en; 3: de stolpboerderij. Geheel volgens verwachting zijn tijdens het onderzoek inderdaad resten gevonden die aansluiten bij deze thema’s.

Tijdens een proefsleuvenonderzoek bovenop de geul – waarbij geen sporen van bewoning werden aangetroffen – zijn de geulafzettingen met behulp van Optically Stimulated Luminescence (OSL) gedateerd. Hieruit kwam naar voren dat de geul mogelijk nog actief was in de Midden-Bronstijd, wat een verklaring zou kunnen zijn voor het ontbreken van bewoning op de geul en de flanken ervan. Momenteel wordt kritisch gekeken naar deze dateringen omdat ze mogelijk te jong zijn uitgevallen, onder invloed van de hoeveelheid kalk uit de monsters. In de directe omgeving van Nibbixwoud zijn resten uit de Bronstijd spaarzaam, zeker in vergelijking met het meer oostelijk deel van West-Friesland. De aan de Dorpsstraat in Nibbixwoud aangetroffen akkerlaag en eergetouwkrassen kunnen uit de Bronstijd stammen, maar een datering in het Laat-Neolithicum is ook niet uit te sluiten. Helaas ontbreekt dateerbaar materiaal.

In de periode voordat de stolpboerdij werd gebouwd zijn vier fasen van gebruik en/of bewoning te onderscheiden. De oudste middeleeuwse gebruiksfase (fase 2) kan in de 12de en/of 13de eeuw geplaatst worden. Deze kan op basis van de geringe keramiekvondsten niet nader worden gedateerd. In deze fase werden op het terrein diverse kuilen en sloten gegraven. Mogelijk is een deel van de kuilen te interpreteren als daliegat.

Na deze vroegste middeleeuwse fase waarin geen duidelijke sporen van bewoning zijn aangetroffen, werd een deel van de sloten gedempt en het terrein opgehoogd (fase 3). De sloot aan de westzijde bleef mogelijk nog functioneren en het deel ten oosten daarvan hoogde men op. Op meerdere locaties zijn aanwijzingen gevonden dat het terrein in twee keer werd opgehoogd. Opvallend is dat een sloot uit de vorige fase (fase 2) in deze fase blijft functioneren en het huis aan de westzijde flankeert. Interessant is dat deze erfgrens op zowel de kadastrale kaart van 1826 als de hulpkaart van 1890 nog aanwezig is. Hieruit valt op te maken dat deze grens met het graven van de sloten mogelijk al in de (12de of) 13de eeuw is ontstaan en gehandhaafd blijft tot in de moderne tijd, lange tijd nadat deze sloten zijn gedempt. Dit geldt niet alleen voor de grens aan de westzijde maar ook aan de zuidzijde.

Het materiaal uit de ophoging dateert in de 14de en 15de eeuw. De oudste munt van het terrein dateert tussen 1393 en 1422. Uit de vloerlagen kwamen fragmenten van twee roodbakkende bakpannen die dateren tussen 1400 en 1525 en uit de haard komt materiaal dat dateert uit de eerste helft van de 15de eeuw. Uit deze gegevens kan worden opgemaakt dat de oudste bewoning op het perceel dateert uit de 15de eeuw. Een bijzondere vondst is een stuk van een insigne van lood-tin. De onder- en bovenzijde van het insigne zijn afgebroken, wat de determinatie lastiger maakt, maar waarschijnlijk gaat het om de afbeelding van Cornelius uit Ninove (België).

Mogelijk blijft het perceel aan de Dorpsstraat continu bewoond in de 15de eeuw. In de 16de eeuw bouwt men op dezelfde plek een nieuw huis (fase 4), hoogstwaarschijnlijk een langhuis, waarbij mens en vee onder een dak woonden. Deze bouw wordt voorafgegaan aan een ophoging en de demping van de sloot aan de westzijde van het huis. Uit de ophoging direct voorafgaand aan de bouw van het huis komt een fragment keramiek type (r-kmf-3) die dateert in de periode 1500-1575. Het langhuis is dus in ieder geval gebouwd na 1500. Van dit huis zijn o.a. kleivloeren, paalsporen en stiepen teruggevonden. Aan de hand van de gevonden resten is een langhuis gereconstrueerd.

Het lijkt erop alsof het langhuis buiten gebruik raakt in het begin van de 17de eeuw (fase 5). Er zijn in ieder geval geen sporen toe te schrijven aan de periode tussen 1625 en de bouw van de stolpboerderij in 1677.

Rond 1677 is op het perceel een stolpboerderij gebouwd (fase 6). De boerderij heeft eeuwenlang bestaan en is in deze periode diverse keren verbouwd. In 2015 is de boerderij afgebroken Misschien wel het meest opmerkelijke is dat met de komst van de stolp eigenlijk niet veel verandert qua erfindeling. Terwijl het waarschijnlijk is dat het perceel tussen 1625 en 1677 niet of nauwelijks is gebruikt. Mogelijk was het langhuis nog wel aanwezig, maar werd het gebruikt door slechts één boer zonder gezin met een klein boerenbedrijf. Een andere optie is dat het langhuis in de eerste decennia van de 17de eeuw onbewoond raakte en langzaam in verval raakte.

Samenvattend is Dorpstraat 52 in Nibbixwoud een bijzondere locatie waar door een multidisciplinaire aanpak veel informatie is verzameld over de geschiedenis van de stolpboerdij en zijn voorgangers uit de Late Middeleeuwen en Vroege Nieuwe Tijd.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zvw-5nh3
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-v7-fjm7
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:83300
Provenance
Creator Gerritsen, S.; Duijn, D.M.
Publisher Archeologie West-Friesland
Contributor Stellingwerf, W.
Publication Year 2018
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf; application/msword; image/jpeg; access / accdb; excel / xlsx; illustrator / ai; qgis / shp
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.061 LON, 52.690 LAT); Dorpsstraat 52; Nibbixwoud; Gemeente Medemblik; Noord-Holland