Op 25 april 1947 vertrok deze tuinderszoon - in zijn diensttijd bevorderd tot wachtmeester - per boot naar Indië. Hij werd naar Borneo gestuurd om daar als beheerder op een grote groentetuin in Balikpapan te werken. Als twintigjarige kreeg hij hier 150 man onder zich. De tuin, in de buurt van de BPM, was ontstaan in de Japanse tijd. De KNIL zorgde voor bewaking en hij werd opzichter van de tuinen. Een majoor uit Batavia kwam regelmatig voor de controle van de boeken en kreeg dan naast verse klappermelk een mand vol vers fruit mee. In april 1950 kwam deze tuinderszoon pas terug in Nederland en kon hij afzwaaien.