Naam: Wim Soekarman KromoredjoAchternaam: KromoredjoGeboorteplaats: Lelydorp, district WanicaGeboortedatum: 1961Woonplaatsen: Suriname 1961 - 1987; Nederland 1987 -Ik ging voor het eerst naar Nederland. En toen kwam ik hier en alles was nieuw voor mij. Ik kende al mensen hier, ook heel veel mensen uit Lelydorp, uit het plaatsje Desa. Dat is een dorpje aan de Tawajarieweg. Mensen die daar hadden gewoond, zijn hier eerder gekomen. Ik ben bij hen gaan inwonen en zij hebben mij wegwijs gemaakt in Nederland. Binnen een jaar woonde ik al alleen en ben ik verder gegaan.Ik kwam terecht In Zeeland, in het plaatsje Middelburg. Ik wist al ongeveer hoe Nederland eruit zou zien, want op school leerden we niets anders dan over Nederland. Want zelfs bij tekenen moest ik een huis met een schoorsteen tekenen. Een huis met een schoorsteen, dan dacht je: “Hè, hoe kan dat nou? Dat is in Suriname niet”. En dan kom je hier en dan denk je: “O ja, het is waar wat ik heb geleerd”. Net als klompen, klompen tekenen. Niemand draagt klompen in Suriname. Maar Zeeuwen dragen nog echt traditionele kleding, dat zie je ook op straat. Dan zie je die mensen in klederdracht.In Middelburg waren toen weinig buitenlanders. In Suriname ben je gewend dat je alles ziet, zoveel bevolkingsgroepen. En dan kom je hier en alles is wit. Ja wit, alleen maar Hollanders. En dan ben je Javaan tussen alleen maar Hollanders. Dan sta je een eigenlijk beetje verloren. Maar als je vrienden leert kennen, dan gaat dat over. Ik was zo geaccepteerd.
Ik ben begonnen met gamelan in 1996, hier in Nederland. De interesse was er al in Suriname. Het was toen 'Bersih desa' (feest na het binnenhalen van de rijstoogst om de rijstgodin Dewi Sri te eren) in Lelydorp in de Hindoeweg, nu de Sastrodisomoweg. Mijn schoolvriend speelde gamelan, en ik zei: “Wow, dat wil ik ook”. Maar in Suriname had ik er eigenlijk geen tijd voor door mijn eigen bedrijf. Dan ben je dag en nacht bezig. Maar ik ben het niet vergeten en ik heb het hier naartoe genomen, naar Nederland. En hier in Nederland, in Den Haag, zag ik de groep van Bangun Trisno tijdens de herdenking van Javaanse immigratie. Toen is mijn interesse weer gewekt en heb ik gevraagd of ik mee kon doen. En zo heb ik de Surinaamse gamelan geleerd.Toen ik het speelde, merkte ik dat er heel veel gaten in de muziek zaten. Zo ben ik dus naar de Indonesische ambassade gegaan en daar heb ik gamelanlessen gevolgd. Daar heb ik alles geleerd en toen begreep ik de gaten in het muziekstuk en waarom het zo gespeeld wordt. Nu bespeel ik twee soorten gamelan: de Surinaamse en de Indonesische. De Indonesische is echt naar school gaan en de Surinaamse is echt oefenen in de praktijk. Ook de speelwijze is anders dan de Indonesische.Sinds ik gamelan speel, heb ik heel veel plannen. De gamelan is er van oudsher om zang of toneelstukken te begeleiden en zo ben ik op het idee gekomen om theaterstukken te gaan maken. Inmiddels ben ik begonnen met schrijven. Ik heb de boeken Mahabarata en Ramayana bestudeerd. De stukken heb ik vandaar uit afgeleid en die heb ik gemoderniseerd met moderne muziekstukken. Ook de gamelan schrijf ik weer opnieuw.
Vanaf Suriname weet ik dat ik Javaan ben. En dat heb ik laten blijken door al die tijd mee te doen met de Javaanse cultuur ook in Suriname. Ik heb me destijds ingeschreven bij een Sinomangroep. Vroeger in Suriname was er zo'n vereniging, daar betaalde je contributie voor. En als je een feest gaf, dan belde je zo’n organisatie en die verzorgde het hele feest. De bediening, het opzetten van de tent, het koken en de hele boel. Ik had me ingeschreven en daar leerde je een-op-een van de ouderen. Ik leerde bloemschikken tijdens een trouwerij. Ik leerde hoe je een poort moest opzetten. Bij elk Javaans feest heb je een 'gapura', een erepoort. Maar na het feest was ik gewoon een jongen die in Lelydorp woonde. Ik ben Surinamer, ik praatte met iedereen.Hier ook. Als ik buiten ben, ben ik een Nederlander. Maar tijdens een feest, een 'ludruk' (ludiek volkstoneel) of wat dan ook, ben ik een Javaan. Ik kan zo een knop omgooien. Thuis ben ik een Javaan en buiten op straat een Nederlander. Als ik in Indonesië ben, schakel ik ook om tot Indonesiër. Die nederigheid van de Javaan is gebleven. Een Javaan zegt op alles ja, ook al bedoelt hij nee. Dat is een Javaan, en in Indonesië is het ook hetzelfde: op alles zeggen ze 'inggih' (instemmende exclamatie, het Javaanse woord voor ‘ja’). Ik heb al gemerkt dat ik dan veel meer bereik bij de Indonesische gemeenschap en ook bij de Javaanse gemeenschap.
Date Submitted: 2011-05-16
Tot aan 1939 werden circa 33.000 Javanen naar Suriname overgebracht. Na hun contractperiode vestigde de meerderheid zich in Suriname. Slechts een minderheid keerde terug naar Indonesië. De meest beschreven terugkeer is de georganiseerde repatriëring in 1954 van circa 1000 personen naar Indonesië. Deze bestond uit Javaanse ex-contractarbeiders en hun in Suriname geboren (klein)kinderen. Tegen beter weten in kwamen zij niet terecht op Java, maar in Tongar, een plaatsje in West-Sumatra. Daar bleven de meesten niet lang. Hun zoektocht naar een beter leven bracht hen naar andere plaatsen in Indonesië: Pekanbaru, Padang, Medan, Jambi, Jakarta, maar ook opnieuw naar Suriname.Veel minder bekend is de groepsmigratie in 1953 van enkele tientallen Javanen naar het buurland Frans Guyana. Vermoedelijk zijn tot aan het eind van de jaren 60 nog meer personen in groepsverband naar Frans Guyana vertrokken. Tijdens de Surinaamse binnenlandse oorlog weken ook Javanen, vooral vanuit Moengo en Albina, naar Frans Guyana uit. Volgens de Franse bevolkingsgegevens van 2005 wonen momenteel zo’n 1900 Javanen in Frans Guyana.De meest recente omvangrijke landverhuizing van Javaanse Surinamers vond plaats vóór de onafhankelijkheid van Suriname in 1975, dit keer uit Suriname naar Nederland. In de ban van politieke leiders die van mening waren dat de onafhankelijkheid niet goed zou uitpakken voor de positie van de Javanen, vertrokken circa 22.000 Javanen naar Nederland. Onder hen bevonden zich ook degenen die het eerder hadden geprobeerd in Indonesië en in Frans Guyana.Deze meervoudige migratie van de Surinaamse Javanen, is het onderwerp van het levensverhalen project Javaanse Migratie en Erfgoedvorming in Suriname, Indonesië en Nederland. Om van de meervoudige migratiebewegingen en de persoonlijke ervaringen van de Javaanse migranten een helder beeld te krijgen, is een oral history-project opgezet rondom migratie en erfgoedvorming onder de Javanen in Suriname, Indonesië en Nederland.Aan dit project werkten het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) en de Stichting Comité Herdenking Javaanse Immigratie (STICHJI) samen.De interviews zijn te beluisteren op de website van Javanen in Diaspora, de metadata en de samenvattingen van de interviews zijn opgeslagen in EASY.