Het plangebied is gelegen op de overgang van het dekzandgebied en de Maasterrassen en loopt naar het oosten af. Er worden archeologische resten verwacht, daterend vanaf het Laat-Paleolithicum tot en met de Vroege Middeleeuwen. Het is niet bekend hoe dik het pakket afdekkend dekzand en/of rivierduinzand is en of hieronder nog oudere resten aanwezig kunnen zijn. Er zijn op basis van oude kaarten geen aanwijzingen voor bewoningsresten uit de Late Middeleeuwen of Nieuwe tijd.De mogelijk aanwezige resten worden in het oostelijk deel, daar waar veldpodzolgronden aanwezig zijn, verwacht aan en direct onder maaiveld. In het westelijk deel van het plan-gebied worden ze verwacht onder een tenminste 50 cm dik plaggendek.Op basis van een analyse van het historisch kaartmateriaal en het gebruik van het plan-gebied hoofdzakelijk als weg, worden geen resten uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd verwacht. De oude kern van Melderslo lag immers een eind verwijderd van het tracé. Ook ligt het tracé deels ter plaatse van vrij jonge ontginningen, die pas in de 19e eeuw zijn ontgonnen.In het oostelijk deel van het plangebied (veldpodzolgronden) zijn eventuele vindplaatsen reeds verstoord door aanwezige kabels en leidingen. Ook in het westelijk deel (enkeerd-gronden) is dit vermoedelijk het geval, maar dit is niet uit te sluiten. Hier wordt hetarcheologisch niveau vanaf 50 cm -mv verwacht. De bodem is tot tenminste 80 cm -mv verstoord. Het is aannemelijk dat hierdoor het archeologisch niveau is verstoord. Diepe sporen, zoals waterkuilen, kunnen nog wel aanwezig zijn. De kans op het aantreffen vanarcheologische waarden in context is derhalve klein.SelectieadviesOp basis van het bovenstaande kan geconcludeerd worden dat binnen het onderzoeks-gebied een archeologische verwachting bestaat op resten vanaf het Laat Paleolithicum. Gezien bodemverstorende activiteiten die binnen het tracé hebben plaatsgevonden, wordt de kans echter klein geacht dat deze nog intact aanwezig zijn. Aanbevolen wordt om het tracé archeologisch gezien vrij te geven.Indien bij de uitvoering van de werkzaamheden op delen waar vrijgave is geadviseerd toch onverwacht archeologische resten worden aangetroffen, dan is conform artikel 5.10 en 5.11 van de Erfgoedwet aanmelding van de desbetreffende vondsten bij de minister verplicht (vondstmelding via de bevoegde overheid).Wij wijzen u erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit besluit afwijkt van het door ons opgestelde advies.
Bureauonderzoek SWECO ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 2131