Tijdens de aanleg van de natuurvriendelijke oevers is een Romeinse vindplaats (vermoedelijk een huisplaats met dumpzone) aangetroffen. Het onderzoek laat zien dat op basis van het vondstcomplex in de dumplaag een goede uitspraak kan worden gedaan over de gebruiksduur en materiële cultuur van de nabij gelegen nederzetting. Zowel uit het handgevormde als het gedraaide aardewerk komt naar voren dat de activiteiten op deze vindplaats vermoedelijk in de 1e eeuw na Chr. een aanvang namen. Hoewel een datering vanaf de 1e eeuw voor Chr. niet kan worden uitgesloten. Het merendeel van het aardewerk dateert echter uit de 2e eeuw. De gebruiksduur van de vindplaats loopt door tot in de 3e eeuw.
Daarnaast is de kans op bijzondere vondsten groter door de hoge dichtheid aan vondstmateriaal op een relatief klein oppervlak. Dit onderzoek heeft bijvoorbeeld een vrijwel compleet haardijzer opgeleverd. De totale omvang van de vindplaats is nog onbekend. Wel strekt de vindplaats zich in oostelijke en westelijk richting uit en is daarmee groter dan het aangegeven monumententerrein. Het beeld van deze vindplaats past goed in de regionale traditie/het bewoningsmodel, zoals die bekend is van diverse nederzettingen in de omgeving en dan in het bijzonder Zaltbommel - De Wildeman en Geldermalsen Hondsgemet.