Transect-rapport 2448: Een Archeologisch Bureauonderzoek. Voorburg, Park Vronesteyn 24, Gemeente Leidschendam-Voorburg (ZH).

In november 2019 is een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd in een plangebied aan het Park Vronesteyn 24 te Voorburg (gemeente Leidschendam- Voorburg). De doel van dit onderzoek is het specificeren van de archeologische verwachting in het plangebied. Dat wil zeggen dat aan de hand van beschikbare informatie bepaald wordt of archeologische resten in het plangebied voor kunnen komen. Het archeologisch bureauonderzoek heeft uitgewezen dat er in het plangebied over het algemeen sprake is van een hoge verwachting op het aantreffen van archeologische resten van het Neolithicum tot aan de Nieuwe tijd. • De hoge verwachting op het aantreffen van resten uit het Neolithicum tot en met de IJzertijd hangt hier samen met het voorkomen van een strandwal ter hoogte van het plangebied. Strandwallen waren vanouds gunstige plekken om op te wonen: ze lagen hoger in het landschap en waren minder onderhevig aan zeespiegelstijgingen en verzouting. Omdat het plangebied verder ligt op een overgangszone naar een natter veengebied was het een van de last frontiers van menselijk gebruik. Grondsporen of een cultuurlaag uit deze periode kunnen worden verwacht op een diepte van tussen circa 1,1 en 1,3 m -NAP (circa 1,3-1,8 m -Mv). • Pas na het Neolithicum veranderde het landschappelijk beeld in het plangebied aanzienlijk. Ten westen van de oudste strandwal begon de kust zich uit te bouwen, en vormde zich een veenpakket. Er is van deze situatie uit de Midden-Bronstijd bekend dat de oudste strandwal (de meest oostelijke), waarop het plangebied ligt, nog altijd bewoonbaar was. Uit deze periode zijn direct naast het plangebied verschillende archeologisch waardevolle terreinen aangetroffen. Hier bestonden archeologische resten zowel uit sporen van nederzettingsterreinen, als aan landbouw gerelateerde sporen op de strandwal en op veraarde trajecten van het veen. Verder zijn ook vondsten uit rituele deposities in natte delen van het veen aangetroffen. In het plangebied moet op basis van de onderzoeken in de omgeving ook rekening gehouden worden met een rijkdom en grote diversiteit van archeologische resten uit met name de Midden-Bronstijd. Resten uit het Neolithicum en de IJzertijd kunnen verder ook niet worden uitgesloten. Uit de IJzertijd kunnen in het bijzonder ook resten van een kreek of aangelegde geul worden verwacht. Resten uit de Bronstijd en IJzertijd kunnen zowel voorkomen in strandwalafzettingen op een diepte van 1,1-1,3 m -NAP (circa 1,3-1,8 m -Mv) als op veraarde trajecten van het veen op een diepte van 0,4 tot 1,1 m - NAP (met name in de top rond circa 0,6-0,9 m -Mv). Voor de perioden van de Romeinse tijd tot aan de Nieuwe tijd is de hoge archeologische verwachting met name gebaseerd op de resultaten van onderzoeken in de omgeving. De belangrijkste archeologische resten uit de Romeinse tijd uit de omgeving zijn aangetroffen op nabijgelegen terreinen van hoge archeologische waarde, namelijk: de Cananefatenhoofdstad Forum Hadriani, het Kanaal van Corbulo, en het tracé van een Romeinse weg. Er kunnen in het plangebied op basis van het bureauonderzoek mogelijk resten voorkomen die samenhangen met (de aanleg van) het kanaal van Corbulo of andersoortige kanalen uit de Romeinse tijd. Resten uit de Romeinse periode worden verwacht op een diepte van ofwel 0,6-0,9 m -Mv (veraard veen), of circa 1,3-1,8 m -Mv (strandwalafzettingen). Het kanaal van Corbulo is in de omgeving aangetroffen op dieptes tussen 1,7-3,0 m -NAP. In het plangebied zou het kanaal dus kunnen voorkomen tussen ongeveer 1,9-3,5 m -Mv. Overijsselhaven 127 3433 PH Nieuwegein T: 030-7620705 E: informatie@transect.nl • In de Middeleeuwen was het plangebied mogelijk vanwege een hogere ligging in het landschap ook goed bewoonbaar. Bovendien was in die tijd het adellijk landgoed Leeuwesteijn gelegen op slechts enkele tientallen meters ten noordoosten van het plangebied. In het plangebied kunnen hierdoor sporen of een vondstlaag worden aangetroffen die gerelateerd zijn aan de landindeling vanuit het landgoed. Uit de periode rond 1712 en daarvoor kunnen zo bijvoorbeeld resten van tuinen aanwezig zijn. Door ontginningen vanaf ongeveer 1850 zijn er in het plangebied bovendien resten van landbewerking en terreinrichting aan te treffen. Vermoedelijk liggen er geen archeologische resten van bebouwing uit perioden vanaf het einde van de 19e eeuw. Resten uit de Late- Middeleeuwen en Nieuwe tijd kunnen in het plangebied naar verwachting worden aangetroffen in ophooglagen die zich bevinden op een diepte tot circa 0,4 m -NAP (0,6-0,9 m - Mv).

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zgg-p5mf
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-qd-k3bo
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:158461
Provenance
Creator Bussel, A.T.L.E. van
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor Bussel, A.T.L.E. van; A.T.L.E. van Bussel (Transect)
Publication Year 2020
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (4.381 LON, 52.075 LAT); Park Vronesteyn 24; Voorburg; Leidschendam-Voorburg; Zuid-Holland