Eind januari 2019 heeft Antea Group, in opdracht van de opdrachtgever, een Inventariserend Veldonderzoek door middel van verkennende boringen (IVO-O) uitgevoerd ter plaatse van dag-attractiepark Madurodam in Den Haag.
De directe aanleiding tot het onderzoek is het voornemen van de opdrachtgever in samenwerking met de gemeente Den Haag om Madurodam uit te breiden met overdekte leisurevoorzieningen aan de achterzijde (westzijde) van het bestaande park. Daarnaast zullen ter plaatse van het huidige park zelf ook enkele nieuwe bouwwerken worden gerealiseerd. Het huidige voorplein wordt aangepast. De uitbreiding heeft als doel een verlenging van de verblijfsduur, verbetering van de verblijfskwaliteit en een betere spreiding van de bezoekers gedurende het jaar. Voor de uitbreiding zal 0,6 hectare van de Scheveningse bosjes worden verwijderd.
In juli 2017 heeft de gemeenteraad van Den Haag ingestemd met het PlanUitwerkingsKader (hierna: PUK) voor de uitbreiding van Madurodam. Het plangebied is gelegen aan het George Maduroplein 1 in Den Haag in een zone met archeologische verwachting (waarde 2) volgens de gemeentelijke archeologische waarden- en verwachtingenkaart. Op het vigerende bestemmingsplan (zie www.denhaag.nl) is, sprake van een dubbelbestemming ‘waarde archeologie 2’ waarbij alleen bodemingrepen tot 50 m2 en maximaal 50 cm minus maaiveld zijn vrijgesteld van archeologisch onderzoek. Dientengevolge is archeologisch (voor)onderzoek conform het gemeentelijk beleid verplicht gesteld. In dit kader heeft Antea Group in maart/mei 2018 een archeologisch bureauonderzoek1 uitgevoerd (in het kader van de bestemmingsplanprocedure). Op basis van het bureauonderzoek wordt rekening gehouden met de aanwezigheid van archeologische waarden uit de periode vanaf de bronstijd tot en met de middeleeuwen binnen het gehele plangebied. Het grootste gedeelte hiervan is echter al eerder onderzocht (zie tevens paragraaf 5.2 in het betreffende bureauonderzoek). Dit geldt echter niet voor de beoogde uitbreidingslocatie.
Op basis van het bureauonderzoek werd rekening gehouden met de aanwezigheid van een strandwal in het westelijke deel van het plangebied. Daarnaast werd rekening gehouden met de aanwezigheid van Jonge Duin- en Oude Duinafzettingen (Laagpakket van Schoorl, Laag van Den Haag, op het Laagpakket van Zandvoort; Laag van Voorburg). Ook werd op basis van eerder booronderzoek op Madurodam verwacht dat in de ondergrond een pakket veen (Hollandveen laagpakket, Formatie van Nieuwkoop) aanwezig zou zijn (op een strandvlakte; Laag van Voorburg). Op basis van de resultaten van het veldonderzoek is gebleken dat er binnen het plangebied sprake is van een meerlagig pakket Jong Duinzand op (plaatselijk) een restant van het Hollandveen Laagpakket. Dit veen is vermoedelijk afgezet op een strandvlakte (Laag van Voorburg). Er zijn evenwel geen aanwijzingen gevonden om de aanwezigheid van een strandwal te vermoeden. Tevens zijn meerdere potentieel kansrijke niveaus – oude bodems – aangetroffen. Hierin zijn evenwel géén archeologische indicatoren aangetroffen. De kans dat zich binnen het plangebied een archeologische vindplaats bevindt wordt derhalve laag ingeschat.
Op basis van de resultaten en conclusies van het veldonderzoek wordt geadviseerd om het plangebied voor wat betreft archeologie vrij te geven ten gunste van de voorgenomen ontwikkeling.
De implementatie van de bovenstaande aanbeveling is afhankelijk van het oordeel van de bevoegde overheid, in dezen de gemeente Den Haag. Deze dient een selectiebesluit te nemen.
Deze rapportage is niet beoordeeld door bevoegd gezag.
