Voor een plangebied aan de Bollingawier 2 te Oosternijkerk, gemeente Dongeradeel, is een waarderend archeologisch veldonderzoek door middel van grondboringen uitgevoerd. In het plangebied is de bouw van een schuur gepland. Hiermee gaan graafwerkzaamheden gepaard, die mogelijk schadelijk zijn voor het bodemarchief. Het onderzoek is uitgevoerd om vast te stellen of in het plangebied terplagen voorkomen en in hoeverre de bodemopbouw in het plangebied nog intact is. Voorafgaand aan het booronderzoek is een bureauonderzoek uitgevoerd, waarin een archeologische verwachting voor het terrein is opgesteld. Uit dit bureauonderzoek blijkt dat het terrein in een groep beschermde huisterpen ligt. Op de hoogtekaart op basis van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) is te zien dat het plangebied waarschijnlijk ook op een huisterp ligt. Deze huisterpen zijn opgeworpen op een opgeslibde bocht van de Paesens. Uit de historische kaarten blijkt dat de plaats van de bebouwing op het terrein in ieder geval sinds de eerste helft van de 19e eeuw niet ingrijpend veranderd is. In het plangebied is een waarderend booronderzoek uitgevoerd, waarbij conform de Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (FAMKE) zes boringen op één raai met een onderlinge afstand van 12 meter zijn geplaatst. Uit het booronderzoek komt naar voren dat in het plangebied een duidelijke terplaag aanwezig is. De omvang van de terplaag is aan de hand van de boringen begrensd op basis van het voorkomen van spikkels houtskool en verbrande klei. Onder de terplaag werden fosfaatconcreties waargenomen, die ondersteunend bewijs leveren voor de aanwezigheid van een terplaag. In de terplaag is een aantal kleine fragmentenbot aangetroffen. Er is ook een aantal fragmenten aardewerk gevonden. Het gaat hierbij om middeleeuws (kogelpot-)aardewerk. Vanwege de aanwezigheid van een duidelijke vondstlaag en de aanwezigheid van een aantal reeds beschermde huisterpen aansluitend aan het plangebied wordt het plangebied als behoudenswaardig aangemerkt. Op basis van het goed intacte bodemprofiel wordt geadviseerd geen bodemingrepen uit te voeren die dieper dan 35 centimeter beneden het maaiveld reiken, zijnde de dikte van de verstoorde bovenlaag.