In opdracht van Aannemersbedrijf Hoes BV heeft RAAP een archeologische opgraving uitgevoerd in het kader van het project ?Verdeelstation Liander aan de Redoute, Regionaal Bedrijvenpark Laarberg te Groenlo? in de gemeente Oost Gelre. Liander is voornemens om op een onbebouwde kavel aan de Redoute op het bedrijventerrein Laarberg een onderlaadstation te bouwen voor de stroomvoorziening op Regionaal Bedrijven Terrein (RBT) de Laarberg. Het onderzoeksgebied ligt binnen de circumvallatielinie rond Groenlo uit 1627, een archeologisch rijksmonument (monumentnummer 532275), en heeft een zeer hoge archeologische waarde.
Het onderzoeksgebied ligt in zijn geheel in een zogenaamd heide-ontginningslandschap. Het gaat om een gebied met voormalige woeste (heide)gronden die tussen omstreeks 1845 en 1953 zijn ontgonnen. De natuurlijke bodem ter hoogte van het onderzoeksgebied was een veldpodzol, die ook ten tijde van de Tachtigjarige oorlog aan het maaiveld lag. Tijdens het bouwrijp maken, circa 10 jaar geleden, is het terrein met een meter opgehoogd.
In het onderzoeksgebied zijn grondsporen aangetroffen direct onder de voormalige bouwvoor in de top van het natuurlijke bodemprofiel. Het onderzoeksgebied wordt, zoals werd verwacht, diagonaal doorsneden door de greppels of grachten (liniegrachten) van de circumvallatielinie. Ze zijn over een lengte van circa 35 m in kaart gebracht. Direct ten noorden van en parallel aan de binnenste liniegracht is een derde greppel aangetroffen, waarbij het mogelijk om een oudere fase van deze liniegracht gaat. Het gedocumenteerde verloop van de linie wijkt slechts in een geringe mate af van de meest recente reconstructie van dit deel van de linie.
Tijdens de opgraving zijn bovendien drie paalsporen en enkele greppels gedocumenteerd die gerelateerd zijn aan het recente agrarische gebruik van het terrein. Een bijzonder spoor is een bomkrater uit de Tweede Wereldoorlog waarin een Duitse karabijn (type Mauser Gewehr 98) is aangetroffen.
Onder de vondsten zijn vijf loden kogels die zijn geassocieerd met het gebruik van de line. Ze zijn binnen een vierkante meter gevonden in de vulling van de binnenste liniegracht. Het gaat om projectielen voor vuurwapens, in dit geval uitsluitend voor een musket. Geen van de kogels vertoont gebruikssporen. Gezien hun geclusterde ligging in de vulling van de binnenste liniegracht is het mogelijk dat ze zich oorspronkelijk bij elkaar in een leren of stoffen zakje bevonden, dat niet bewaard is gebleven. Buiten de kogels zijn uitsluitend vondsten uit recente tijd gedaan.
Uit de waardering van een pollenmonster uit de vulling van de binnenste liniegracht blijkt dat de linie is aangelegd in open landschap met grassen (Poaceae) en struikheide (Calluna) en gagel (Myrica). In de omgeving bevonden zich bomen onder meer els (Alnus), berk (Betula) en hazelaar (Corylus avellana). In het monster zijn tevens pollen van granen aangetroffen, die op de nabijheid van akkers wijzen.
