Eindrapportage archeologisch vooronderzoek (6486.001) Industrielaan 34 te Veenendaal

Gespecificeerde archeologische verwachting bureauonderzoek Op basis van het archeologisch bureauonderzoek heeft het plangebied alleen een middelhoge verwachting op het voorkomen van Steentijd resten (Jagers-Verzamelaars, (Laat-)Paleolithicum t/m Vroeg-Neolithicum). Verzamelde landschappelijke gegevens geven aan dat het plangebied een landschappelijke ligging inneemt binnen het noordoostelijk en meest lage deel van het gebied van dekzand dat als een gordel rondom het stuwwallengebied van de Utrechtse Heuvelrug ligt. Voor de perioden Laat-Paleolithicum t/m Neolithicum (Jagers-Verzamelaars, vroege Landbouwers) zal het plangebied in principe nog een geschikte nederzettingslocatie hebben gevormd, hoewel de voorkeur zal zijn uitgegaan naar de hogere delen van het gordeldekzandgebied ten zuidwesten, in de richting van het stuwwallengebied van de Utrechtse Heuvelrug. Vanaf het Vroeg-Neolithicum ontstond er hoogveengroei in de Gelderse Vallei en kon zich ontwikkelen tot een dik pakket (vanaf circa 4500 voor Chr. tot de 15e eeuw). Binnen het plangebied zelf heeft waarschijnlijk (net) geen hoogveen gelegen, maar het grensde wel aan een uitgestrekt hoogveengebied dat ten noordoosten van het plangebied lag. Vanwege de naar verwachting ook vrij natte/drassige condities zal het plangebied min-der geschikt zo niet ongeschikt zijn geweest als nederzettingslocatie. Waarschijnlijk vlak na de eerste veenontginningen zal het plangebied zijn ontgonnen ten behoeve van agrarisch gebruik. Het plangebied bleef in agrarisch gebruik totdat het deel ging uitmaken van het industrieterrein Het Ambacht in de tweede helft van de 20e eeuw. Archeologische resten/vindplaatsen zijn in de directe omgeving van het plangebied tot op heden niet aangetroffen. Verder grenst het plangebied aan de Grebbelinie en de daarin later aangelegde Duitse Pantherstellung. Militaire elementen/structuren die binnen deze linies hebben gelegen zijn goed gedocumenteerd en hebben ook in de omgeving van het plangebied gelegen. Binnen het plangebied zelf zijn er echter geen aanwijzingen hiervoor.

Resultaten inventariserend veldonderzoek De resultaten van het inventariserend veldonderzoek (IVO, verkennende fase) laten zien dat er binnen het gehele plangebied diepgaande bodemverstorende ingrepen zijn uitgevoerd, waardoor het van nature gevormde bodemprofiel volledig is verstoord dan wel vergraven. Recente bodemverstorende ingrepen reiken minimaal tot 85 en maximaal tot 180 cm -mv, gemiddeld tot 130 cm -mv. De verstoorde bodemopbouw bestaat uit cunet-/bouwzand met hieronder lagen (merendeels humeuze) grond dat is teruggestort na eerder uitgevoerde graafwerkzaamheden. De overgang naar onderliggende onverstoorde bodemopbouw is scherp en betreft direct de 1C-horizont, in de vorm van dek-zandafzettingen. In het uiterst noordoostelijke deel van het plangebied is onderin het opgeboorde materiaal venig zand en zelfs een dunne veenlaag (2Cr-horizont) aangetroffen. Dit veen zal dateren uit het Bølling dan wel het Allerød interstadiaal. Het te verwachten oorspronkelijke bodemprofiel in de top van de dekzandafzettingen, in de vorm van een laarpodzolbodem, is niet waargenomen. Met bovengenoemde verstoringsdieptes zal het archeologisch potentiële sporen- als vondstniveau volledig zijn vergraven.

Conclusie Op basis van de diepgaande geroerde/verstoorde bodemopbouw wordt geconcludeerd dat archeologische waarden niet meer aanwezig zullen zijn in het plangebied. Er zijn dus geen gevolgen voor de voorgenomen bodemingrepen. De gespecificeerde archeologische verwachting op basis van het bureauonderzoek, waarbij alleen nog een middelhoge trefkans gold op het voorkomen van archeologische indicatoren daterend uit de Steentijd (Jagers-Verzamelaars, (Laat-)Paleolithicum t/m Vroeg-Neolithicum), dient op basis van de resultaten van het verkennend booronderzoek te worden bijgesteld naar geen verwachting.

Advies Op grond van het ontbreken van archeologische waarden, adviseert Econsultancy om, ten aanzien van de geplande bodemingrepen, in het kader van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ) geen vervolgonderzoek te laten plaatsvinden. Het van nature gevormde bodemprofiel is binnen het gehele plangebied reeds diepgaand vergraven. Daarmee is ook het archeologisch potentiële sporen- als vondstniveau volledig vergraven. Een archeologische vindplaats wordt dan ook niet meer verwacht binnen het plangebied.

Er is geprobeerd een zo gefundeerd mogelijk advies te geven op grond van de gebruikte onderzoeksmethode. De aanwezigheid van archeologische sporen of resten in het plangebied kan nooit volledig worden uitgesloten. Econsultancy wil de opdrachtgever er daarom ook op wijzen dat, mochten tijdens de geplande werkzaamheden toch archeologische waarden worden aangetroffen, er conform artikel 5.10 van de Erfgoedwet uit juli 2016 een meldingsplicht geldt bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) en de gemeente Veenendaal.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-z3c-tr6k
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-c3-0fj4
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:160769
Provenance
Creator Broeke, E.M. ten
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor Broeke, E.M. ten; ir. E.M. ten Broeke (Econsultancy)
Publication Year 2020
Rights info:eu-repo/semantics/restrictedAccess; License: http://dans.knaw.nl/en/about/organisation-and-policy/legal-information/DANSLicence.pdf; http://dans.knaw.nl/en/about/organisation-and-policy/legal-information/DANSLicence.pdf
OpenAccess false
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.558 LON, 52.016 LAT); Industrielaan 34; Veenendaal; Utrecht