In opdracht van de gemeente Zundert heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau een archeologische opgraving uitgevoerd in verband met voorgenomen bouwwerkzaamheden aan de Burgemeester Manderslaan 8 te Zundert (gemeente Zundert). Het primaire doel van deze opgraving was het veilig stellen van de wetenschappelijke informatie van deze vindplaats die tijdens archeologisch vooronderzoek is aangetroffen (behoud ex situ).
De opgraving is uitgevoerd in twee delen, waarbij in totaal 3.923 m² onderzocht is. Twee vuursteenvondsten kunnen op kampjes uit de Steentijd wijzen, gelegen op de flank van een dekzandrug, nabij het beekdal van de Weerijs. Ook twee haardkuilen dateren uit deze vroege periode, in het Laat-Paleolithicum of Vroeg-Mesolithicum. Uit de Midden-IJzertijd zijn enkele kuilen bekend. Het merendeel van de sporen kunnen toegeschreven worden aan drie erven die uit de Vroeg- en Midden-Romeinse tijd dateren. In totaal zijn 15 huizen en 11 bijgebouwen en spiekers gevonden. Na elke generatie werd op korte afstand van de oude boerderij een nieuwe gebouwd. Mogelijk heeft de nederzetting al wortels in de Late IJzertijd. We zien namelijk een typologische evolutie van de huisplattegronden van het overgangstype Oss-Ussen/ Alphen-Ekeren tot het Alphen-Ekerentype met potstal. Zeer bijzonder is structuur 1 met een mogelijke stalboxindeling. Dit is nauwelijks bekend van de Zuidnederlandse zandgronden.
De bewoners van de inheems-Romeinse nederzetting waren boeren die zich bezig hielden met akker- en veeteelt, het gieten van brons en het smeden van ijzer. Er is geen sprake van een sterke Romeinse invloed. Nog tot in de 2e eeuw heeft men zelf handgevormd aardewerk vervaardigd. Toch zullen Romeinse importproducten (en de goederen die zij bevatten: wijn, olie, vissaus) Zundert mondjesmaat bereikt hebben via rondreizende kooplieden of via markten in lokale centra. Naast de contacten met de Romeinse wereld, bleven contacten met de inheemse volkeren belangrijk; getuige hiervan zijn Menapisch aardewerk, Low Lands Ware en zoutgootjes in de Zundertse nederzetting.
Na het verlaten van de inheems-Romeinse nederzetting is het gebied in gebruik genomen als akkerland. Onder het laatmiddeleeuwse plaggendek is een oude akkerlaag aanwezig. Een waterput die één van de jongste Romeinse structuren oversnijdt, zou in de (Vroege of Volle) Middeleeuwen kunnen dateren. Dat betekent dat een eventuele middeleeuws erf of gehucht op korte afstand verwacht kan worden.
