Gemeente Gennep. Plangebied Wadi Kasteelstraat te Heijen.

In opdracht van de gemeente Gennep heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd in het plangebied Wadi Kasteelstraat te Heijen.

Het plangebied ligt op een interstadiaal rivierterras dat is ingebed tussen het oorspronkelijke Niers-Rijn dal en het rivierdal van de Maas. Tijdens het Allerød traden bij zeer hoge waterstanden de rivieren buiten hun oevers en werd een laag klei afgezet (Laag van Wijchen). Mogelijk dat de Laag van Wijchen wordt afgedekt door een pakket rivierduinzand. Ter plekke van het plangebied komt een hoge bruine enkeerdgrond met een grondwatertrap VII voor, die op basis van voorafgaand onderzoek gefaseerd is opgebouwd en tevens een oude akkerlaag uit de volle middeleeuwen afdekt. Uit onderzoek uit de directe omgeving blijkt dat het opgebrachte esdek circa 70 cm dik is. Uit de directe omgeving van het plangebied zijn vindplaatsen bekend uit de vroege- tot late middeleeuwen (8e tot 13e eeuw) en zijn vondsten gedaan vanaf de midden-bronstijd tot en met de nieuwe tijd. Uit de wijdere omgeving zijn ook vindplaatsen uit het mesolithicum bekend. Het plangebied maakt deel uit van de vroegmiddeleeuwse nederzetting Heijen. Direct aangrenzend aan de zuidzijde van het plangebied stond vanaf de 9e eeuw de kerk van Heijen. Nadat deze kerk in de Tweede Wereldoorlog is verwoest, is dat terrein ingericht als kerkhof. In het plangebied heeft in ieder geval vanaf de eerste helft van de 18e eeuw tot eind jaren zestig van de vorige eeuw de pastorie gestaan. Tegenwoordig is het plangebied onbebouwd en voorzien van bomen, struiken en grasland. In het noordwesten staat een elektriciteitshuisje.

Jagers-verzamelaars (Laat-paleolithicum – mesolithicum) Het plangebied bevindt zich op een interstadiaal rivierterras. Op basis van de ouderdom van dit rivierterras kunnen in principe archeologische resten worden verwacht vanaf het laat-paleolithicum. Vindplaatsen uit deze periode worden vaak aangetroffen op de overgang van verschillende landschapstypen. Het reliëf van een vlechtend rivierterras voorziet in dergelijke gradiëntzones waardoor een middelhoge kans bestaat op het aantreffen van kampementen van de jagers en verzamelaars. Ten westen van het plangebied is een vindplaats uit het mesolithicum aangetroffen. Indien steentijd-kampementen aanwezig zijn, dan kan een strooiing van bewerkt vuursteen worden verwacht, al dan niet in combinatie met houtskool, verbrande hazelnootdoppen en fragmenten vuursteen.

Landbouwers (neolithicum – vroege middeleeuwen) Uitgangspunt voor het verwachtingsmodel voor landbouwers is de geschiktheid van de bodem voor (prehistorische) akkerbouw. De enkeerdgronden zijn ontstaan op plaatsen die oorspronkelijk al geschikt waren voor landbouwkundig gebruik en waar als gevolg van dat lange gebruik een esdek is ontstaan. Voor het plangebied geldt dus een hoge archeologische verwachting, voor vindplaatsen uit deze periode. Bovendien heeft het esdek een conserverende werking op eventuele vindplaatsen omdat het voormalige loopvlak is afgedekt en het esdek daarmee als buffer werkt tegen grondbewerkingen. In de directe omgeving van het plangebied zijn resten vanaf de midden-bronstijd aangetroffen. De te verwachten resten bestaan uit sporen van bewoning en landgebruik zoals kuilen, paalkuilen, waterputten, beschoeiingen, greppels en ploegsporen. Dergelijke sporen worden onder het esdek verwacht op circa 70 cm -mv.

Historische kern (late middeleeuwen - nieuwe tijd) In het plangebied heeft in ieder geval vanaf de eerste helft van de 18e eeuw tot in de jaren 60 van de vorige eeuw een pastorie gestaan. Hierdoor geldt een zeer hoge verwachting voor het aantreffen van bewoningssporen vanaf de late middeleeuwen. Het kan gaan om muurresten, (paal)kuilen, greppels, waterputten, beerputten en beschoeiingen. De grondsporen zullen zich aftekenen onder het esdek op circa 70 cm -mv. Archeologische resten vanaf de late middeleeuwen kunnen ook in het esdek zelf worden aangetroffen en kunnen in principe vanaf het maaiveld voorkomen.

De graafwerkzaamheden ten behoeve van de toekomstige inrichting van het plangebied reiken dieper dan de top van het verwachte archeologische niveau. Er bestaat een grote kans dat bij realisatie van deze plannen archeologische resten worden verstoord. Tijdens de uitvoer van dit bureauonderzoek hebben in het plangebied graafwerkzaamheden plaatsgevonden in het kader van het onderzoek naar conventionele explosieven. Hierbij is een grote hoeveelheid baksteenpuin en een waterput aangetroffen. Het is onbekend in welke mate deze graafwerkzaamheden de bodem hebben verstoord. Derhalve wordt geadviseerd een archeologisch vervolgonderzoek uit te voeren. De geëigende methode om de in het plangebied verwachte resten van een pastorie op te sporen is een proefsleuvenonderzoek. Door middel van het proefsleuvenonderzoek dient circa 10% van het plangebied te worden onderzocht. Er wordt geadviseerd om één proefsleuf aan te leggen van 5 x 50 m. (figuur 3.1). Voorafgaand aan het proefsleuvenonderzoek dient een Programma van Eisen te worden opgesteld, waarin de eisen waaraan het onderzoek dient te voldoen worden omschreven. Voorafgaand aan de uitvoer van het proefsleuvenonderzoek dient dit Programma van Eisen door het bevoegd gezag te worden goedgekeurd.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zmn-c277
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-v7-8720
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:132097
Provenance
Creator Laan, E. van der
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor BAAC; gemeente Gennep
Publication Year 2019
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Text
Format application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.976 LON, 51.676 LAT); Kasteelstraat; Heijen; Gemeente Gennep; Limburg