De geinterviewde is in 1926 geboren in Nederland. Hij werkte in het familiebedrijf. Tijdens de Duitse bezettingstijd moest hij twee dagen in de week werken onder de Duitsers. In 1946 ging de geinterviewde in militaire dienst. Hij kreeg zijn opleiding in Vught. De opleiding vond hij mager en ging slecht voorgelicht naar Indie. Hij werd ingedeeld bij de 4-4-10 R.I en zat met het 14de Bataljon in Buitenzorg. De geinterviewde kreeg last van ziektes. Hij deed veel wacht- en nachtdiensten. In 1947 werd hij ingedeeld bij de 4e sectie van het carrierpeloton. Hij gaat in op de aanloop naar de Tweede Politionele Actie. Na afloop werd het peloton in het Batamse ingezet. De geinterviewde vertelt over het onderlinge kameraadschap en het sneuvelen van soldaten. Hij reflecteert over de acties van offcieren en over de zin en onzin van de militaire inzet in Indie. Hij vertelt over zijn bezoeken aan reunies en over het matige Veteranen beleid voor Indie veteranen.