Nieuwegein, Blokhoeve-Akkerhoeve Rituelen rond een waterkuil. Nieuwegein, Blokhoeve-Akkerhoeve. Een opgraving aan de rand van een inheems-Romeinse nederzetting

In opdracht van Gemeente Nieuwegein heeft BAAC een opgraving uitgevoerd in plangebied Blokhoeve - Akkerhoeve te Nieuwegein. De anleiding voor het onderzoek is de voorgenomen bouw van woningen in het plangebied waarbij een gerede kans bestaat dat archeologische waarden vernietigd zullen worden.

De opgraving heeft geresulteerd in resten vanaf de late ijzertijd tot en met de midden-Romeinse tijd, de vroege en late middeleeuwen en nieuwe tijd. Het landschap in de wijde omgeving van Nieuwegein is ontstaan onder invloed van de Jutphase en en Blokse Stroomgordels, die beide onderdeel uitmaakten van dit stroomstelsel. Het huidige onderzoeksgebied valt binnen de jongste meanderfase van de Jutphase stroomrug die tot 870 v. Chr. actief was. De oudste, en meeste, sporen van bewoning binnen Blokhoeve-Akkerhoeve dateren van omstreeks het begin van onze jaartelling. Aan de rand van een voornamelijk zandig landschap bevond zich in die tijd een moerassige laagte, die een overblijfsel was van de reeds verlande restgeul, de Jutphase stroomrug. Deze waarschijnlijk nog periodiek waterhoudende laagte in de voormalige binnenbocht van de geul bevond zich aan de noordzijde van de vindplaats. De vroegste sporen binnen Blokhoeve-Akkerhoeve concentreren zich met name in het zuidwestelijk deel van het onderzoeksterrein, op de hoogste delen van de aldaar gelegen kronkelwaardrug. De werkelijke bewoning heeft zuidwestelijker plaatsgevonden, terwijl in de nattere periferie aan de noordzijde, ter plaatse van het huidige onderzoek, greppels, waterkuilen en losse kuilen werden gegraven. Gebouwstructuren zijn niet herkend, terwijl één mogelijke silo tegen de zuidrand van de opgraving het enige spoor is dat men op een erf zou kunnen verwachten.

Tevens blijkt uit archeologische onderzoeken, die voorheen ten zuidwesten van het onderhavige onderzoek hebben plaatsgevonden, dat de bewoning daar inderdaad gesitueerd was. Op grond de 14C-datering van zaden en verkoolde resten uit de waterkuilen is de stichting van de nederzetting waarschijnlijk ergens in de 1e eeuw v. Chr. te plaatsen (Fase 1). Vanaf de vroeg-Romeinse tijd blijft het terrein met vooral greppels en waterkuilen zijn natte, perifere karakter behouden. Op basis van oversnijdende greppels, de datering van het vondstmateriaal en een 14C-datering is de volgende bewoningsfase ingedeeld in de overgang van de vroeg-Romeinse naar de midden-Romeinse tijd (Fase 2a) en in de midden-Romeinse tijd (Fase 2b). Binnen het thans onderzochte terrein Blokhoeve-Akkerhoeve is het eind van de menselijke aanwezigheid in de Romeinse tijd waarschijnlijk ergens in de 2e eeuw te plaatsen, maar een datering in de 3e eeuw is niet uit te sluiten.

De grootse vondstgroep bestaat uit aardewerk, waarvan de meeste scherven van handgevormde kommen met S-profiel en een organische magering. In de loop van de Romeinse tijd neemt het aandeel handgevormd aardewerk af en krijgt het ruwwandig, gedraaide aardewerk de overhand. Daarnaast verschijnt ergeverfde waar, Low Lands Ware en het gangbare gedraaide importaardewerk, zoals onder meer terra sigilata en gladwandig aardewerk.

Archeobotanisch onderzoek van resten uit de waterkuilen heeft informatie opgeleverd over de omgeving (een open landschap met onder andere elzen en wilgen) en de omstandigheden in en rond de waterkuilen (permanent waterhoudend, rondom modderig en regelmatig bezocht door mensen en vee). Bij de waterkuilen zijn verder enkele opvallende zaken aan het licht gekomen. In één van de kuilen zijn complete potten gedeponeerd, waarvan één versierd met druipsporen. Er is aanvullend specialistisch onderzoek op de pot uitgevoerd, bestaand uit diatomeeën onderzoek voor de herkomst van de klei, FTIRmicroscopie en DTMS-analyse voor de samenstelling van de organische resten van de druipsporen en SEM-EDX analyse voor de samenstelling van anorganische bestanddelen op de pot. Hieruit kwam naar voren dat de pot van klei uit het rivierengebied vervaardigd is en de druipsporen bestaan uit dierlijke proteïnen. Of dit dan dierlijk bloed is kon niet met 100% zekerheid worden vastgesteld, maar er zijn argumenten om aan te nemen dat het wel zo is. De depositie van deze bijzondere en andere complete potten in waterkuilen lijkt te duiden op resten van rituele handelingen die zijn verricht in de drassige omgeving van de nederzetting. Ook houten staken die onderin sommige waterkuilen zijn aangetroffen, vaak geïnterpreteerd als welpalen om de watervoerende laag aan te boren, kunnen wellicht in verband gebracht worden met rituele handelingen.

Op basis van enkele scherven van grijsbakkend gedraaid aardewerk uit een wat afwijkende greppelsysteem is de voorzichtige conclusie getrokken dat er ook in de vroege middeleeuwen menselijke activiteiten op het terrein zijn geweest (Fase 3). Directe parallellen zijn er niet voor het aardewerk en archeologisch is er ook weinig bekend uit deze periode in de directe omgeving van het plangebied. Vanaf de 11e eeuw vonden grote ontginningen plaats tussen de Hollandsche IJssel en de Oude Rijn. Uit deze periode stamt waarschijnlijk ook de voorloper van de Blokhoeve. Binnen het onderzoek is één greppel/kuil aangetroffen, die niet scherper te dateren is dan tussen de 11e en de eerste helft van de 13e eeuw (Fase 4). Waarschijnlijk bevond het spoor zich binnen het (latere) perceel ‘De Blok’.

De jongste fasen hebben betrekking op laatmiddeleeuwse afwateringsgreppels (Fase 5) en nieuwetijdse greppelsystemen (Fase 6). Deze laatste vallen precies samen met de situatie op historisch kaartmateriaal zoals de kadastrale minuutplan uit 1832 van het gebied, waaronder de loop van de ‘Gale Wey sloot’.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-2x6-u2fr
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-rk-ajxr
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:156023
Provenance
Creator Mousch, R.G.
Publisher BAAC
Contributor Utrecht; BAAC BV
Publication Year 2020
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format jpg/jpeg file; pdf portable document format; geography markup language; database; portable document format
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.093W, 52.049S, 5.095E, 52.050N); Utrecht; Nieuwegein; Nieuwegein; 4548786100; 31H (kaartblad)