Archeologisch onderzoek langs de N34 bij Ees, gemeente Borger-Odoorn (DR)

Aanleiding tot de hier beschreven archeologische onderzoeken zijn de plannen voor aanpassingen van de N34 van Ees tot aan de afslag naar Exloo door gemeente Borger-Odoorn. Omdat deze plannen met bodemverstorende ingrepen gepaard gaan, is er een archeologisch vooronderzoek noodzakelijk. Dit onderzoek werd uitgevoerd conform de Wet op de Archeologische Monumentenzorg. Eerder is voor het plangebied een archeologisch booronderzoek uitgevoerd. Op basis hiervan is aanbevolen vervolgonderzoek in de vorm van een proefsleuvenonderzoek uit te voeren binnen de huidige onderzoekslocatie wegens de ligging binnen en aangrenzend aan een terrein van archeologische waarde (AMK-terrein 14320, een celtic field). De bevoegde overheid, gemeente Borger-Odoorn, heeft deze aanbeveling overgenomen. Op basis van de resultaten van dit proefsleuvenonderzoek (in de zuidelijke proefsleuf werd een crematiegraf uit de late ijzertijd aangetroffen) is door gemeente Borger-Odoorn besloten een deel van het onderzoeksgebied uitgebreider te onderzoeken door middel van een archeologische opgraving. Gemeente Borger-Odoorn heeft MUG Ingenieursbureau, afdeling Archeologie, opdracht gegeven beide onderzoeken uit te voeren. Het onderzoeksgebied ligt langs de westkant van de N34, even ten zuiden van de dorpskern van Ees, en is in gebruik als akkerland. Binnen het onderzoeksgebied zijn in eerste instantie twee proefsleuven aangelegd van elk 200 m2. Bij de opgraving is rond de meest zuidelijke proefsleuf, werkput 2, een groter oppervlak onderzocht (werkput 3 met een oppervlak van 300 m2). Uit de archeologische onderzoeken blijkt dat de bodem in het onderzoeksgebied niet meer intact is. De moderne bouwvoor ligt direct op de dekzand C-horizont; op een enkele plaats bevindt zich tussenbeide een menglaag van de bouwvoor en het dekzand. Er is geen esdek aangetroffen. In de werkputten is een zeer klein aantal archeologische sporen aangetroffen. De sporen bestaan uit twee greppels, (paal)kuilen en een crematiegraf. In werkput 1 bevinden zich geen archeologisch relevante sporen en vondsten. Hoewel de verwachting was dat er sporen en vondsten gevonden konden worden die te maken hebben met het celtic field dat hier gelegen was (AMK-terrein 14320), zijn deze niet aangetroffen. Het enige spoor dat hier is gevonden betreft een ontginningsgreppel uit het eerste kwart van de 20e-eeuw. In werkput 2 is één archeologisch spoor gevonden, een crematiegraf. Daarnaast zijn in werkputten 2 en 3 enkel sporen gevonden die te maken hebben met de voormalige achtererfgrenzen van de (thans nog aanwezige) woningen tussen de Odoornerweg en de N34. Ook is in werkput 3 een tweede ontginningsgreppel aanwezig (zie werkput 1). Het crematiegraf betreft een kuil waarin menselijke crematieresten zijn gedeponeerd. In de kuil is eveneens een kleine hoeveelheid aardewerk, vuursteen en houtskool gevonden. 14C-datering van de crematieresten heeft aangetoond dat het graf uit de late ijzertijd dateert. De scherf aardewerk is ouder dan de crematieresten en betreft opspit. Ten westen van het aangetroffen graf ligt AMK 14320, het celtic field. Dit celtic field wordt gedateerd in de periode vroege ijzertijd tot en met de midden-Romeinse tijd. Het aangetroffen graf dateert uit de late ijzertijd, wat binnen de periode van gebruik van het celtic field valt. Mogelijk zijn de twee aan elkaar te relateren. Uit het onderzoek is niet duidelijk geworden of het aangetroffen graf uit de late ijzertijd een op zichzelf staand fenomeen is of dat het deel heeft uitgemaakt van een klein grafveld. In werkput 3 zijn geen overige graven aangetroffen. Indien er een grafveld aanwezig is, strekt deze zich niet uit ten oosten en noorden van het in werkput 2 gevonden graf. Het is echter niet bekend of ten westen van het aangetroffen graf wel meerdere graven aanwezig zijn en of het graf bijvoorbeeld de oostelijke begrenzing vormt van een mogelijk grafveld. Bij eventuele toekomstige bodemingrepen direct ten westen van het huidige onderzoeksgebied, ter hoogte van de werkputten 2 en 3 moet rekening gehouden worden met de mogelijke aanwezigheid van een grafveld.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-xah-7ray
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-u7rd-gx
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:61554
Provenance
Creator Wit, M.J.M. de
Publisher MUG ingenieursbureau b.v.
Contributor MUG ingenieursbureau b.v.
Publication Year 2015
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Text
Format application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (6.810 LON, 52.902 LAT); N34; Ees; Borger-Odoorn; Drenthe