In juni 2018 is een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de Voorhouterweg in Rijnsburg (gemeente Katwijk). De aanleiding voor het onderzoek is een omgevingsprocedure voor de realisatie van enkele woningen in het plangebied. Bij de voorgenomen werkzaamheden zal grondverzet plaatsvinden, waardoor de oorspronkelijke bodem en daarmee eventueel aanwezige archeologische resten in het gebied kunnen worden verstoord.
In het plangebied geldt in het vigerende bestemmingsplan een dubbelbestemming Waarde Archeologisch Verwachtingsgebied. Een archeologisch onderzoek is verplicht bij bodemingrepen met een oppervlakte groter dan 100 m2 en dieper dan 30 cm -Mv. Dit betekent dat gezien de omvang van de voorgenomen bodemingrepen archeologisch vooronderzoek nodig is.
Op basis van de resultaten van het veldonderzoek is vastgesteld dat het plangebied op de flank van een strandwal ligt, aan de rand van een kweldervlakte met erlangs een oude kreekgeul. De strandwal bevindt zich in het noordelijk deel van het plangebied en heeft altijd een relatief hoger gelegen deel in het landschap gevormd, terwijl de lagere flank in het zuidelijk deel van het plangebied nat was. Dit blijkt onder meer uit de sterke aanrijking van ijzer in het sediment als gevolg van kwelstromen. Tijdens het veldonderzoek zijn in het lager gelegen zuidelijke deel fosfaatvlekken, houtskool en een fragment handgevormd aardewerk uit de Late-IJzertijd-Romeinse tijd gevonden op een diepte van circa 1,0 m Mv. Deze vondsten leiden ertoe dat het plangebied een hoge archeologische verwachting heeft op een vindplaats uit in ieder geval de periode Late IJzertijd-Romeinse tijd. In het zuidelijk deel van het plangebied zullen resten te verwachten zijn die samenhangen met landgebruik, terwijl sporen van nederzetting juist in het noordelijk deel (op de strandwal) te verwachten zijn. De resultaten van dit onderzoek liggen in lijn met de resultaten van eerdere onderzoeken die in de omgeving zijn uitgevoerd. Voor wat betreft de overige archeologische perioden is de aanwezigheid van resten eveneens niet uit te sluiten (periode Neolithicum-Bronstijd en Vroege Middeleeuwen-Late Middeleeuwen). Hierop is de verwachting middelhoog. Concrete aanwijzingen van resten uit die perioden zijn er echter niet gevonden.
