Het plangebied is gelegen langs het beekdal van de Geeserstroom of het Loodiep, grotendeels op de overgang van grondmorenes naar beekdalbodem zonder veen. Het beekdal wordt gekenmerkt door (beek)eerdgronden, terwijl de bodem langs het beekdaal bestaal uit veldpodzolgronden al dan niet met keileem op geringe diepte. Rondom het plangebied zijn diverse dobbes aanwezig volgens de geomorfologische kaart. Verspreid langs het plangebied zijn diverse vondsten en AMK-terreinen bekend. Het gaat hierbij om een grote verscheidenheid aan waarnemingen (vuurstenen werktuigen, keramiek, mogelijke crematieresten, nederzettingsporen en raatakkers) uit vrijwel alle perioden van palaeolithicum tot nieuwe tijd. De vondsten en andere waarnemingen, waarop de vondstmeldingen en AMK-terreinen betrekking hebben, zijn voornamelijk aan het oppervlakte gedaan tijdens (veld)karteringen. Eerder archeologisch onderzoek wijst ook op de aanwezigheid van archeologische waarden. Oude kaartbeelden tonen dat het beekdal ten westen van het plangebied reeds aan het begin van de 19e eeuw grotendeels is ontgonnen. Het heidegebied van het oostelijk gelegen Geeserveld wordt vanaf die periode ontgonnen, totdat het in de tweede helft van de 20e eeuw in gebruik is als bouw- en weiland.